6. is van mening dat gemeenschappelijke minimumnormen voor de g
ehele Europese Unie moeten bepalen op welke voorwaarden verdachten gezien hun financiële middelen geheel of gedeeltelijk gratis rechtsbijstand moeten krijgen op de wijze als voor burgerlijke en handelszaken is bepaald in artikel 5 van Richtlijn 2003/8/EG van de Raad van 27 januari 2003 tot verbetering van de toegang tot de rechter bij grensoverschrijdende geschillen, door vaststelling van gemeenschappelijke minimumvoorschriften betreffende gratis rechtsbijstand bij die geschillen ; meent dat het recht op gratis rechtsbijstand gezien de onbekende buitenlandse context waarmee
...[+++]de in staat van beschuldiging gestelde of verdachte wordt geconfronteerd, moet worden voorondersteld, en eventueel later kan worden aangepast met toepassing van de desbetreffende voorschriften; 6. ist der Meinung, dass eine gemeinsame Mindestnorm auf der Ebene der Union die Regeln und Bedingungen hinsichtlich der finanziellen Mittel des Verdächtigen oder Angeklagten fes
tlegen sollte, nach denen das Recht auf teilweisen oder gänzlich unentgeltlichen Beistand gewährt wird, und zwar in analoger Weise, wie dies für Zivil- und Handelssachen gemäß Artikel 5 der Richtlinie 2003/8/EG des Rates vom 27. Januar 2003 geregelt ist, durch die der Zugang zu den Gerichten bei Streitsachen mit grenzüberschreitendem Bezug durch Festlegung gemeinsamer Mindestvorschriften für die Prozesskostenhilfe in derartigen Streitsachen verbessert werden sol
...[+++]l, und dass angesichts der unbekannten Umstände in einem fremden Land, in denen sich der Verdächtige oder Angeklagte befindet, eine Vermutung für den Anspruch auf Prozesskostenhilfe vorbehaltlich einer späteren Anpassung durch Anwendung der entsprechenden Regeln bestehen sollte;