2. stelt vast dat alle kandidaat-lidstaten volgens de tijdens de Europese Top van Kopenhagen vastgestelde criteria moeten beschikken over "stabiele instellingen die de democratie, de rechtsstaat, de mensenrechten en het respect voor de bescherming van minderheden garanderen," en voorts over "een functionerende markteconomie alsook over het vermogen om de concurrentiedruk en de marktkrachten binnen de Unie het hoofd te bieden";
2. stellt fest, daß die während des Europäischen Rates von Kopenhagen beschlossenen Kriterien erfordern, daß alle Beitrittsländer Stabilität der Institutionen erzielen und dabei Demokratie, Rechtsstaatlichkeit, Menschenrechte und Respekt und Schutz der Minderheiten gewährleisten müssen und daß sie ferner das Bestehen einer funktionierenden Marktwirtschaft sowie die Fähigkeit erreichen müssen, mit dem Wettbewerbsdruck und den Marktkräften innerhalb der Union fertig zu werden;