10. wijst er nogmaals op dat de tenuitvoerlegging van de richtlijn door de lidstaten leidt tot de vaststelling van redelijke maximale en gemiddelde limieten per perioden van 4 maanden of meer, maar dat de lidstaten dit moeten aanvullen door te voorzien in een regeling voor kortere berekeningperioden;
10. weist darauf hin, dass die Umsetzung der Richtlinie in den Mitgliedstaaten die Höchstgrenzen und Durchschnittswerte vernünftigerweise nach Zeiträumen von vier oder mehr Monaten bemisst, dass sie jedoch in Mitgliedstaaten zu ergänzen ist, in denen Regelungen für kürzere Berechnungszeiträume gelten;