6. constateert dat er kennelijk vooruitgang is geboekt bij het benoemen van de leden, de samenstelling en het functioneren van de Commissie, en met name ten aanzien van een uitbreiding van de bevoegdheden van haar voorzitter alsmede bij artikel 7 inzake de instelling van een waarschuwingssysteem in geval van schending door de lidstaten van de fundamentele beginselen waarop de Europese Unie is gebaseerd en tenslotte bij het statuut van de politieke partijen;
6. stellt fest, dass augenscheinlich Fortschritte erzielt wurden, was Ernennungsverfahren, Zusammensetzung und Arbeitsweise der Kommission und insbesondere die erweiterten Befugnisse ihres Präsidenten angeht; weitere Fortschritte betreffen Artikel 7 des EU-Vertrags zur Schaffung eines Frühwarnsystems für Fälle, in denen Mitgliedstaaten die Grundsätze, auf denen die Union beruht, verletzen, sowie das Statut der politischen Parteien;