De partijen EAT en BATA merken op dat de verzoekende partij het bewijs van de beslissing van haar minister-president om tot uitlegging van het arrest nr. 134/2012 in rechte te treden, niet heeft bijgevoegd, in tegenstelling tot wat artikel 7, tweede lid, van de bijzondere wet van 6 januari 1989, dat van toepassing is op de procedure voor de vordering tot uitlegging, voorschrijft.
Die Parteien EAT und BATA weisen darauf hin, dass die Antragstellerin nicht den Beleg für den Beschluss ihres Ministerpräsidenten, zwecks Auslegung des Entscheids Nr. 134/2012 vor Gericht aufzutreten, beigelegt habe, obwohl Artikel 7 Absatz 2 des Sondergesetzes vom 6. Januar 1989, der auf das Verfahren des Antrags auf Auslegung anwendbar sei, dies vorschreibe.