5. merkt op dat er tussen de drie instellingen nog steeds geen overeenstemming bestaat over de vraag hoe een minimumniveau van bescherming voor vertrouwelijke documenten kan worden bewerkstelligd, en roept het interinstitutioneel comité op dringend horizontale richtsnoeren vast te stellen om te waarborgen dat overeenkomstig artikel 9, lid 7 van verordening 1049/2001 afspraken kunnen worden gemaakt over de informatieverstrekking aan het Europees Parlement;
5. stellt fest, dass es immer noch keine gemeinsame Grundlage zwischen den drei Organen für die Sicherstellung eines Mindestschutzes vertraulicher Dokumente gibt, und fordert den interinstitutionellen Ausschuss auf, baldmöglichst horizontale Leitlinien festzulegen, um sicherzustellen, dass die Modalitäten über die Unterrichtung des Europäischen Parlaments gemäß Artikel 9 Absatz 7 der Verordnung Nr. 1049/2001 vereinbart werden könnten;