Het debat dat naar aanleiding van zulk een motie wordt gevoerd, is inherent gericht op de vraag of het democratisch verkozen orgaan al dan niet zijn vertrouwen wil handhaven in het uitvoerend orgaan of in een lid ervan, en veronderstelt dat wie politieke verantwoordelijkheid draagt, zich persoonlijk verantwoordt voor het democratisch verkozen orgaan, ook wanneer de vertrouwenskwestie is ingegeven door zijn persoonlijk gedrag.
Die über einen solchen Antrag geführte Debatte dreht sich durch ihre Beschaffenheit um die Frage, ob das demokratisch gewählte Organ sein Vertrauen in das Exekutivorgan oder ein Mitglied desselben aufrechterhalten will oder nicht, und sie setzt voraus, dass derjenige, der eine politische Verantwortung trägt, sich persönlich vor dem demokratisch gewählten Organ rechtfertigt, selbst wenn die Vertrauensfrage auf seinem persönlichen Verhalten beruht.