15. benadrukt dat in energieovereenkomsten altijd de nadruk moet worden gelegd op het wederkerigheidsbeginsel en dat kwaliteitsnormen en de naleving van het wettelijke kader moeten worden gewaarborgd; vraagt dat energieovereenkomsten met het oog op de gemeenschappelijke interne energiemarkt van de EU volgens de gewone wetgevingsprocedure worden behandeld om de democratie, transparantie en verenigbaarheid met de EU-wetgeving te waarborgen;
15. betont, dass Energieabkommen stets durch das Prinzip der Reziprozität gekennzeichnet sein müssen, wobei Qualitätsstandards und die Einhaltung rechtlicher Rahmenbedingungen sichergestellt werden: fordert, dass Energieabkommen aufgrund des gemeinsamen EU- Energiebinnenmarkts im Rahmen des ordentlichen Gesetzgebungsverfahrens behandelt werden sollten, um Demokratie, Transparenz sowie Komptabilität mit EU- Recht zu gewährleisten;