3. stelt vast dat ondanks de onvermoeibare politieke en diplomatieke bemiddelingspogingen van de Hoge Vertegenwoordiger en de speciale EU-vertegenwoordiger in het conflict in het Midden-Oosten en de aanzienlijke economisch-financiële betrokkenheid van de EU in deze regio, de spiraal van geweld en terreur niet kon worden onderbroken en is van mening dat de invloed van de EU op het vredesproces alleen in het kader van het kwartet met de VS, Rusland en de Verenigde Naties, maar evenzeer met andere betrokken landen kans op succes heeft;
3. stellt fest, dass trotz der unermüdlichen politisch-diplomatischen Vermittlungsversuche des Hohen Vertreters und des Sonderbeauftragten der Europäischen Union im Nahostkonflikt und des erheblichen ökonomisch-finanziellen Engagements der Europäischen Union in dieser Region die Spirale von Gewalt und Terror nicht unterbrochen werden konnte, und glaubt, dass die Europäische Union den Friedensprozess nur im Zusammenwirken innerhalb des Quartetts USA, Russland, Vereinte Nationen sowie gemeinsam mit den übrigen betroffenen Ländern beeinflussen kann;