Beslissingen moeten eerlijk en rechtvaardig zijn en niet worden genomen op basis van vriendjespolitiek of omdat de ene lidstaat meer financiële middelen heeft toegezegd dan de andere.
Sie muss auf Fairness basieren, ohne Vetternwirtschaft erfolgen und darf nicht davon abhängig sein, dass ein Mitgliedstaat mehr finanzielle Mittel zusichert als andere.