16.4. Ten slotte moet de auteur van het ontwerp het verschil in regeling ingevoerd bij artikel 341/5, §§ 2 en 3, in ontwerp kunnen verantwoorden ten opzichte van de beginselen van gelijkheid en niet-discriminatie gewaarborgd bij de artikelen 10 en 11 van de Grondwet op het vlak van de vrijstellingen tussen de kandidaten uit het statutaire en contractuele personeel van niveau A van de overheidsdiensten en anderen die geen deel uitmaken van het personeel en die verplicht zijn om ongeacht hun vroegere opleiding drie van de vier vakken moeten volgen opgesomd in paragraaf 3.
16.4. Schliesslich muss der Autor des Entwurfs hinsichtlich der durch Artikeln 10 und 11 garantierten Grundsätze der Freiheit und Nichtdiskriminierung den Unterschied in der Regelung in Sachen Befreiungen begründen können, der durch den geplanten Artikel 341/5, § 2 und § 3 eingeführt wird, nl. zwischen den Kandidaten, die vom statutarischen und Vertragspersonal der Dienststufe A (oder einer gleichwertigen Dienststufe) des öffentlichen Dienstes stammen und denjenigen, die nicht zu diesem Personal gehören, wobei nur die Letzteren dazu ve
rpflichtet sind, an drei der vier am Ende von § 3 angeführten Lehrgängen tei
lzunehmen, ...[+++] was ihre frühere Ausbildung auch sein mag.
