6. is in dit verband van oordeel dat de inspanningen gericht op het bestrijden van armoede en sociale uitsluiting moeten worden voortgezet en uitgebreid voor het verbeteren van de situatie van diegenen die het meest door armoede en uitsluiting worden bedreigd, zoals tijdelijke arbeidskrachten, werklozen, éénoudergezinnen (waarbij de ene ouder in de regel een vrouw is), alleenwonende ouderen, vrouwen, gezinnen met meerdere personen ten laste, kinderen in een achterstandspositie, alsook etnische minderheden, zieken of personen met een handicap, daklozen, slachtoffers van mensenhandel, drugs- en alcoholverslaafden;
6. ist in dieser Hinsicht der Auffassung, dass Maßnahmen gegen Armut und soziale Ausgrenzung unterstützt und ausgedehnt werden müssen, um die Lage der am stärksten von Armut und sozialer Ausgrenzung bedrohten Menschen, wie Gelegenheitsarbeitern, Arbeitslosen, meist von Frauen geführte Einelternhaushalte, älteren Alleinlebenden, Frauen, Familien mit mehreren unterhaltsberechtigten Personen, benachteiligten Kinder sowie ethnischen Minderheiten, kranken oder behinderten Menschen, Wohnungslosen, Opfern von Menschenhandel sowie Opfern von Drogen- und Alkoholabhängigkeit zu verbessern;
