(15) Het is dienstig de wederzijdse erkenning ook te laten gelden voor de werkzaamheden die in de in bijlage I bij deze richtlijn opgenomen lijst zijn vermeld, wanneer zij worden verricht door een financiële instelling die een dochteronderneming is van een kredietinstelling, mits deze dochteronderneming is opgenomen in het toezicht op geconsolideerde basis waaraan haar moederonderneming is onderworpen, en aan strenge voorwaarden voldoet.
(15) Die gegenseitige Anerkennung sollte auf die in der Liste des Anhangs I dieser Richtlinie enthaltenen Tätigkeiten ausgedehnt werden, wenn diese Tätigkeiten von einem Finanzinstitut, das eine Tochtergesellschaft eines Kreditinstituts ist, ausgeübt werden, sofern die Tochtergesellschaft in die auf konsolidierter Basis erfolgende Beaufsichtigung der Muttergesellschaft einbezogen ist und bestimmten strengen Anforderungen genügt.