32. stelt vast dat wijdverbreide straffeloosheid verdere schendingen van de mensenrechten in het gehele land stimuleert en faciliteert; verzoekt India en de regering van Jammu en Kasjmir alle wettelijke bepalingen in te trekken die de facto immuniteit verlenen aan de leden van de strijdkrachten en een onafhankelijke en onpartijdige commissie in het leven te roepen die een onderzoek moet instellen naar ernstige schendingen van de mensenrechten en van het internationale humanitaire recht waaraan Indiase veiligheidstroepen zich sinds het begin van het conflict schuldig hebben gemaakt;
32. stellt fest, dass die weit verbreitete Straflosigkeit weitere Menschenrechtsverletzungen im gesamten Staat sowohl ermutigt als auch erleichtert; fordert Indien und die Regierung des Staates Jammu und Kaschmir auf, alle Rechtsvorschriften aufzuheben, mit denen den Mitgliedern der Streitkräfte eine nachhaltige Straflosigkeit garantiert wird, und eine unabhängige und unparteiische Untersuchungskommission einzurichten, die sich mit gravierenden Verstößen der indischen Sicherheitskräfte gegen die internationalen Menschenrechte und das internationale humanitäre Recht seit dem Beginn des Konflikts befasst;
