Ongeacht het stadium van de rechtspleging waarin de verzekeraar « B.A.-familiale » tegen de burgerlijke partij de excepties zal kunnen doen gelden die hij, in feite, zou kunnen afleiden uit « de stukken die betrekking hebben op de persoonlijkheid van de betrokkene en op het milieu waarin hij leeft », blijft de vraag naar de toegang van die verzekeraar tot die stukken bestaan en behoudt zij dezelfde inzet.
Ungeachtet des Stadiums des Verfahrens, in dem der Privathaftpflichtversicherer gegen die Zivilpartei die Einreden werde geltend machen können, die er de facto aus « den Schriftstücken, die sich auf die Persönlichkeit des Betreffenden und auf das Milieu, in dem er lebt, beziehen » würde ableiten können, bleibe die Frage nach der Einsicht des Versicherers in diese Schriftstücke bestehen und gehe es dabei um das gleiche Problem.