1. De lidstaten nemen de nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat de in de artikelen 2 en 3 bedoelde strafbare feiten worden bestraft met doeltreffende, evenredige en afschrikkende straffen, waaronder vrijheidsstraffen, waarvan de maximale duur in ernstige gevallen niet minder dan vijf jaar kan zijn.
(1) Die Mitgliedstaaten treffen die erforderlichen Maßnahmen, um sicherzustellen, dass die in den Artikeln 2 und 3 genannten Straftaten mit wirksamen, verhältnismäßigen und abschreckenden Sanktionen einschließlich Freiheitsstrafen im Höchstmaß von in schweren Fällen mindestens fünf Jahren geahndet werden.
