Zeven lidstaten stellen op de in artikel 2 bedoelde han
delingen een maximumgevangenisstraf: in AT staat een gevangenisstra
f van maximaal vijf jaar op het namaken, wederrechtelijk ontvangen en bedrieglij
k gebruiken; in CY staat een
gevangenisstraf van maximaal veertien jaar ...[+++] op het namaken van betaalmiddelen en van maximaal zeven
jaar op het bedrieglijk geb
ruiken en verwerven ervan; DK hanteert een maximumgevangenisstraf van zes
jaar voor de namaak en diefstal van betaalinstrumenten en een maximumgevangenisstraf van 18 maanden voor het bedrieglijk gebruik ervan; in LV bedraagt de maximumgevangenisstraf tien
jaar voor de diefstal, wederrechtelijke verwerving en vernietiging van betaalinstrumenten en staat er een gevangenisstraf van drie tot vijftien
jaar op de namaak van betaalmiddelen en op het bedrieglijk gebruik en het gebruik van vervalste betaalinstrumenten; LT hanteert een maximumgevangenisstraf van zes
jaar voor het gebruik van vervalste instrumenten; in NL is dat zeven
jaar; PT straft het verwerven van vervalste betaalinstrumenten met een gevangenisstraf van drie
jaar, geldtrafiek met een maximumstraf van vijf
jaar, het gebruik van vervalste cheques en effecten aan toonder met een straf van zes maanden tot vijf
jaar, en vervalsing met een straf van (minimaal) drie
jaar tot (maximaal) twaalf
jaar; in SE staat een maximumgevangenisstraf van tien
jaar op gekwalificeerde diefstal, vervalsing en ontvangst.
AT: Fälschung, Annahme und betrügerische Verwendung – fünf Jahre; CY: Fälschung von Zahlungsmitteln – 14 Jahre, Verwendung und Erwerb gefälscht
er Zahlungsmittel – sieben Jahre; DK: Fälschung und Diebstahl von Zahlungsinstrumenten – sechs Jahre, Verwendung gefälschter oder gestohlener Zahlungsinstrumente – 18 Monate; LV: Diebstahl, Erwerb und Zerstörung von Zahlungsinstrumenten – zehn Jahre, Fälschung von Zahlungsinstrumenten und betrügerische Verwendung von gefälschten Zahlungsinstrumenten – drei bis fünfzehn Jahre; LT: Verwendung gefälschter Zahlungsinstrumente – sechs Jahre; NL: sieben Jahre; PT: Erwerb gefälschter Zahlungsinstru
...[+++]mente – drei Jahre, Geldschmuggel – fünf Jahre, Verwendung gefälschter Schecks und Inhaberpapiere – sechs Monate bis fünf Jahre, Fälschung – drei bis zwölf Jahre; SE: Diebstahl und Fälschung von Zahlungsmitteln sowie Annahme gestohlener oder gefälschter Zahlungsmittel in schweren Fällen – zehn Jahre.