Het eerste met redenen omklede advies dat aan Oostenrijk is toegezonden, heeft betrekking op zijn wetgeving inzake octrooigemachtigden. De Commissie vindt dat deze wetgeving een beperking inhoudt van de vrijheid van dienstverrichting zoals deze bij artikel 49 van het EG-Verdrag wordt gewaarborgd. Op basis van de jurisprudentie van het Hof van Justitie vindt de Commissie im
mers dat het te ver gaat om elke rechtmatig in een andere lidstaat gevestigde octrooigemachtigde ertoe te verplichten zich in het Oostenrijkse register in te schrijven, te dien einde een verze
kering te bezitten, ...[+++]alle Oostenrijkse tuchtregels in acht te nemen (zonder dat rekening wordt gehouden met de voorschriften waarin hij reeds in zijn lidstaat van vestiging onderwo
rpen is) en met een lokale vertegenwoordiger samen te
werken.
Die erste mit Gründen versehene Stellungnahme, die Österreich übersandt wurde, betrifft Rechtsvorschriften für Patentanwälte, die nach Ansicht der Kommission die durch Artikel 49 EG-Vertrag garantierte Dienstleistungsfreiheit beschränken. Die Kommission, die sich auf die Rechtsprechung des Gerichtshofs beruft, hält die den in anderen Mitgliedstaaten niedergelassenen Patentanwälten auferlegten Verpflichtungen für unangemessen.