In artikel 15, lid 2 van het ontwerpbesluit van de Raad staat dat indien het absoluut noodzakelijk is – ook als er geen vermoeden van misdrijf bestaat – gegevens kunnen worden doorgegeven waaruit de raciale of etnische afkomst, de politieke opvattingen, de godsdienstige of levenbeschouwelijke overtuiging, het lidmaatschap van een vakvereniging, enzovoort blijkt, zonder aan te geven wat verstaan wordt onder “absoluut noodzakelijk” en – wat nog kwalijker is – het idee huldigend dat er rassen bestaan.
Artikel 15 Absatz 2 des Vorschlags des Rates legt fest, dass im Fall absoluter Notwendigkeit, selbst wenn es keine Spur eines Verbrechen gibt, Daten, die die Rasse, ethnische Herkunft, politische Gesinnung, religiöse und philosophische Anschauungen, Mitgliedschaft in einer Gewerkschaft usw. offenlegen, weitergegeben werden können.