De verplichting tot 'verschijning in persoon' bij het indienen van een aanvraag (punt 2.1.1.1, paragrafen 7- 9, WDDC) vormt een belangrijke hinderpaal, omdat deze vaak als bijzonder omslachtig wordt ervaren.
Das Erfordernis der „persönlichen Einreichung“ (vgl. 2.1.1.1, Abs. 7–9 der Arbeitsunterlage der Kommissionsdienststellen) wurde als großes Hemmnis ermittelt, da sie häufig erhebliche Umstände bereitet.