11. IS ERNSTIG BEZORG
D over de versnelde wereldwijde opwarming van het klimaatsysteem en de daaraan verbonden nadelige gevolgen, die worden bevestigd door de meest recente wetenschappelijke bevindingen van het Intergouvern
ementeel Panel over klimaatverandering (IPCC); IS ZICH BEWUST van recente economische analyses, in het bijzonder het Stern-rapport, waaruit blijkt dat de voordelen van een
krachtig en spoedig optreden tegen kli ...[+++]maatverandering
ruimschoots opwegen tegen de economische kosten van dat optreden; BENADRUKT dat een internationaal collectief optreden van essentieel belang zal zijn voor een effectief, efficiënt en billijk antwoord van de vereiste omvang; HERHAALT ZIJN STANDPUNT dat een wereldwijde en brede overeenkomst voor de periode na 2012 moet stroken met de 2°C-doelstelling, de structuren van het Protocol van Kyoto als basis moet nemen en deze moet uitbreiden, en moet voorzien in een billijk en flexibel kader voor een zo groot mogelijke deelname, overeenkomstig het beginsel van gemeenschappelijke maar gedifferentieerde verantwoordelijkheden en respectieve capaciteiten.
11. IST TIEF BESORGT über die sich beschleunigende globale Erwärmung des Klimasystems und die damit verbundenen negativen Auswirkungen, die durch die jüngsten wissenschaftlichen Erkenntnisse des Zwischenstaatlichen Ausschusses für Klimaänderung
en (IPCC) bestätigt wurden; HAT KENNTNIS VON den jüngsten wirtschaftlichen Analysen – insbesondere von dem Bericht von Sir Stern –, wonach die Vorteile eines entschlossenen und frü
hzeitigen Vorgehens gegen die Klimaänderungen die wirtschaftlichen Kosten dieser Maßnahmen mehr als aufwiegen; BET
...[+++]ONT, dass ein kollektives Handeln auf internationaler Ebene eine ganz entscheidende Voraussetzung für wirksame, effiziente und ausgewogene Gegenmaßnahmen in dem erforderlichen Umfang sein wird; WEIST ERNEUT DARAUF HIN, dass eine globale und umfassende Vereinbarung für die Zeit nach 2012 mit dem Erreichen des 2°C-Ziels vereinbar sein sollte, auf der Architektur des Kyoto-Protokolls aufbauen und diese erweitern sollte und einen fairen und flexiblen Rahmen für eine möglichst breite Beteiligung bieten sollte, und zwar im Einklang mit dem Grundsatz der gemeinsamen, aber differenzierten Verantwortlichkeiten und jeweiligen Fähigkeiten;