Hij onderschreef het idee deze activiteit uit te breiden door "industriële stages" te organiseren om jonge technici en toegepaste wetenschappers de gelegenheid te geven om in het kader van hun eerste baan enige tijd bij onderzoekinstellingen in Europa te werken aan projecten die van wederzijds belang zijn voor het bedrijf waar zij in dienst zijn en voor het onderzoeklaboratorium.
Er befürwortete den Gedanken, diese Rolle durch die Einführung von "Industriepraktika" zu stärken, die es jungen Ingenieuren und Wissenschaftlern im Rahmen ihrer ersten beruflichen Tätigkeit ermöglichen, eine gewisse Zeit in europäischen Forschungsorganisationen an Vorhaben mitzuarbeiten, die für den jeweiligen Arbeitgeber in der Industrie und das beteiligte Forschungslabor von Interesse sind.