Traduction de «wetgevend en financieel terrein rekening » (Néerlandais → Allemand) :

10. wenst dat op lokaal, nationaal en Europees niveau een alomvattende benadering wordt gekozen die vergelijkbaar is met de gender mainstreaming; dringt op invoering van het beginsel van „integratie mainstreaming”, wat inhoudt dat bij alle instrumenten op politiek, wetgevend en financieel terrein rekening wordt gehouden met integratievraagstukken en roept derhalve de lidstaten op, de nationale contactpunten voor integratie verslag te laten uitbrengen over de voortgang die op dit vlak wordt gemaakt; vraagt de Commissie daarnaast om instelling van een multidisciplinaire integratiewerkgroep die zich bezighoudt met de onderwerpen integratie, (arbeids-)migratie en integratie op de arbeidsmarkt en die alle daarmee belaste directoraten-generaal, de Europese dienst voor extern optreden evenals de belanghebbenden omvat;
10. fordert, dass auf lokaler, nationaler und europäischer Ebene ein ganzheitlicher Ansatz verfolgt wird, vergleichbar dem Gender-Mainstreaming; fordert die Einführung des Prinzips des „Integration Mainstreaming“, bei dem Integrationsfragen in allen Politik-, Legislativ- und Finanzinstrumenten berücksichtigt werden, und fordert die Mitgliedstaaten in diesem Zusammenhang auf, die nationalen Kontaktstellen zu Integrationsfragen zu ersuchen, über die in diesem Bereich erzielten Fortschritte zu berichten; fordert die Kommission darüber hinaus auf, eine dienststellenübergreifende Gruppe für Integration einzurichten, die sich mit den Themen Integration, (Arbeits-)Migration und Integration in den Arbeitsmarkt beschäftigt und alle damit befassten Generaldirektionen und den Europäischen Auswärtigen Dienst sowie die betreffenden Akteure umfasst;

10. wenst dat op lokaal, nationaal en Europees niveau een alomvattende benadering wordt gekozen die vergelijkbaar is met de gender mainstreaming; dringt op invoering van het beginsel van "integratie mainstreaming", wat inhoudt dat bij alle instrumenten op politiek, wetgevend en financieel terrein rekening wordt gehouden met integratievraagstukken en roept derhalve de lidstaten op, de nationale contactpunten voor integratie verslag te laten uitbrengen over de voortgang die op dit vlak wordt gemaakt; vraagt de Commissie daarnaast om instelling van een multidisciplinaire integratiewerkgroep die zich bezighoudt met de onderwerpen integratie, (arbeids-)migratie en integratie op de arbeidsmarkt en die alle daarmee belaste directoraten-generaal, de Europese dienst voor extern optreden evenals de belanghebbenden omvat;
10. fordert, dass auf lokaler, nationaler und europäischer Ebene ein ganzheitlicher Ansatz verfolgt wird, vergleichbar dem Gender-Mainstreaming; fordert die Einführung des Prinzips des „Integration Mainstreaming“, bei dem Integrationsfragen in allen Politik-, Legislativ- und Finanzinstrumenten berücksichtigt werden, und fordert die Mitgliedstaaten in diesem Zusammenhang auf, die nationalen Kontaktstellen zu Integrationsfragen zu ersuchen, über die in diesem Bereich erzielten Fortschritte zu berichten; fordert die Kommission darüber hinaus auf, eine dienststellenübergreifende Gruppe für Integration einzurichten, die sich mit den Themen Integration, (Arbeits-)Migration und Integration in den Arbeitsmarkt beschäftigt und alle damit befassten Generaldirektionen und den Europäischen Auswärtigen Dienst sowie die betreffenden Akteure umfasst;

Bij integratievraagstukken komt het erop aan om op lokaal, nationaal en Europees niveau een alomvattende benadering te kiezen en met deze vraagstukken rekening te houden bij alle instrumenten op politiek, wetgevend en financieel terrein („Integration Mainstreaming“).
Für Integrationsfragen muss auf lokaler, nationaler und europäischer Ebene ein ganzheitlicher Ansatz gewählt werden und sie müssen in allen Politik-, Legislativ- und Finanzinstrumenten berücksichtigt werden („Integration Mainstreaming“).

46. benadrukt dat de gelijktijdige uitbreiding van de begrotingsbevoegdheid van het Parlement tot alle uitgaven van de Unie en de vrijwel volledige veralgemening van de medebeslissing op wetgevend gebied vereist dat de budgettaire dimensie van de wetgevende activiteit sterker in aanmerking wordt genomen; acht het derhalve noodzakelijk om de samenwerking tussen de Begrotingscommissie en de sectorale commissies te versterken, teneinde naar behoren rekening te houden met de impact van de wetgevende activiteit van het Parlement op financieel gebied, met name wat betreft de gevolgen voor het MFK en de jaarlijkse begroting; stelt in deze context voor dat er in de bemiddelingscomités voor wetgevingsaangelegenheden die een financiële impact hebben een lid van de Begrotingscommissie wordt opgenomen; herinnert in dit verband aan de werkzaamheden van de werkgroep voor de hervorming van het Parlement, inzonderheid wat betreft de in het derde tussentijdse verslag bedoelde specifieke vormen van samenwerking tussen de parlementaire commissies;
46. unterstreicht, dass die Ausweitung der Haushaltsbefugnis des Parlaments auf sämtliche Ausgaben der Union sowie die parallel dazu erfolgende Ausweitung des Mitentscheidungsverfahrens auf fast sämtliche Bereiche eine stärkere Berücksichtigung der Haushaltsdimension der Gesetzgebungstätigkeit erfordert; erachtet es dazu für notwendig, die Zusammenarbeit zwischen dem Haushaltsausschuss und den Fachausschüssen auszubauen, um die finanziellen Auswirkungen der Gesetzgebungstätigkeit des Parlaments vor allem auf den MFR und den jährlichen Haushaltsplan gebührend zu berücksichtigen; schlägt unter diesem Blickwinkel vor, dass den legislativen Vermittlungsausschüssen zu Themen, die finanzielle Auswirkungen haben, ein Mitglied des Haushaltsausschusses angehört; verweist diesbezüglich auf die Arbeiten der Arbeitsgruppe zur Reform des Parlaments, insbesondere was die spezifischen Formen der Zusammenarbeit zwischen den parlamentarischen Ausschüssen betrifft, wie sie im dritten Zwischenbericht dargelegt werden;

46. benadrukt dat de gelijktijdige uitbreiding van de begrotingsbevoegdheid van het Parlement tot alle uitgaven van de Unie en de vrijwel volledige veralgemening van de medebeslissing op wetgevend gebied vereist dat de budgettaire dimensie van de wetgevende activiteit sterker in aanmerking wordt genomen; acht het derhalve noodzakelijk om de samenwerking tussen de Begrotingscommissie en de sectorale commissies te versterken, teneinde naar behoren rekening te houden met de impact van de wetgevende activiteit van het Parlement op financieel gebied, met name wat betreft de gevolgen voor het MFK en de jaarlijkse begroting; stelt in deze context voor dat er in de bemiddelingscomités voor aangelegenheden die een financiële impact hebben een lid van de Begrotingscommissie wordt opgenomen; herinnert in dit verband aan de werkzaamheden van de werkgroep voor de hervorming van het Parlement, inzonderheid wat betreft de in het derde tussentijdse verslag bedoelde specifieke vormen van samenwerking tussen de parlementaire commissies;
46. unterstreicht, dass die Ausweitung der Haushaltsbefugnis des Parlaments auf sämtliche Ausgaben der Union sowie die parallel dazu erfolgende Ausweitung der legislativen Mitentscheidung auf fast sämtliche Bereiche eine stärkere Berücksichtigung der Haushaltsdimension der Gesetzgebungstätigkeit erfordert; erachtet es dazu für notwendig, die Zusammenarbeit zwischen dem Haushaltsausschuss und den Fachausschüssen auszubauen, um die finanziellen Auswirkungen der Gesetzgebungstätigkeit des Parlaments vor allem auf den MFR und den jährlichen Haushaltsplan gebührend zu berücksichtigen; schlägt unter diesem Blickwinkel vor, dass den legislativen Vermittlungsausschüssen zu Themen, die finanzielle Auswirkungen haben, ein Mitglied des Haushaltsausschusses angehört; verweist diesbezüglich auf die Arbeiten der Arbeitsgruppe zur Reform des Parlaments, insbesondere was die spezifischen Formen der Zusammenarbeit zwischen den parlamentarischen Ausschüssen betrifft, wie sie im dritten Zwischenbericht dargelegt werden;

De Raad heeft zijn goedkeuring gehecht aan een in bijlage II staande verklaring betreffende de betrouwbaarheidsverklaring (DAS). FRAUDEBESTRIJDING : WERKPROGRAMMA VAN DE COMMISSIE VOOR 1996 - CONCLUSIES "DE RAAD - staat positief tegenover het programma voor fraudebestrijding dat door de Commissie voor 1996 is ingediend ; - herinnert aan de conclusies van de Europese Raad van Madrid van 15 en 16 december 1995 betreffende fraude en bescherming van de financiële belangen van de Gemeenschappen, en met name aan het verzoek van de Europese Raad aan de Lid-Staten en aan de Instellingen "de nodige maatregelen te nemen om een zelfde beschermingsniveau te waarborgen in de gehele Gemeenschap en voor de gehele begroting van de Gemeenschap en van het EOF" ; - stelt vast dat het programma van de Commissie aansluit bij deze conclusies en die van de Raad (ECOFIN) van 27 november 1995 en dat eveneens rekening wordt gehouden met bepaalde opmerkingen die door de Raad over het werkprogramma 1995 zijn gemaakt ; - steunt de algemene beleidslijnen voor specifieke acties die door de Commissie zijn gepland op basis van de vier hoofdlijnen die bij de presentatie van de fraudebestrijdingsstrategie in 1994 reeds zijn genoemd, waaronder : = voor wat betreft de versterking van de aanwezigheid op het terrein en betere ondersteuning van de praktische maatregelen : verbetering van de controles in derde landen, met name in de LMOE en de landen in het Middellandse-Zeegebied ; meer preventie met betrekking tot de onregelmatigheden bij het douanevervoer ; uitbreiding, met inachtneming van de respectieve bevoegdheden van de nationale overheden, van het SCENT-netwerk voor wederzijdse bijstand tot andere sectoren dan de douane ; = voor wat betreft de versterking van het partnerschap tussen de Commissie en de Lid-Staten : de ontwikkeling van informatienetwerken, een betere exploitatie van de resultaten van de risicoanalyse, opleiding van de ambtenaren van de Lid-Staten ; bestudering, in het kader va ...
Der Rat billigte eine "Erklärung zur Zuverlässigkeitserklärung", die in der Anlage II wiedergegeben ist. BETRUGSBEKÄMPFUNG: ARBEITSPROGRAMM DER KOMMISSION FÜR 1996 - SCHLUSSFOL- GERUNGEN "DER RAT - begrüßt das von der Kommission für 1996 vorgelegte Programm zur Betrugs- bekämpfung; - verweist auf die vom Europäischen Rat am 15. und 16. Dezember 1995 in Madrid erzielten Schlußfolgerungen in bezug auf betrügerische Praktiken und den Schutz der finanziellen Interessen der Gemeinschaften und insbesondere auf dessen Ersuchen an die Mitgliedstaaten und die Organe der Union, "die erforderlichen Maßnahmen zu treffen, um einen gleichwertigen Schutz in der gesamten Gemeinschaft sowie im Rahmen des Gemeinschaftshaushalts und des EEF-Haushalts sicherzustellen"; - stellt fest, daß das Programm der Kommission sich in den Rahmen dieser Schlußfolgerungen sowie seiner eigenen Schlußfolgerungen vom 27. November 1995 einfügt und auch gewissen Bemerkungen Rechnung trägt, die er im Zusammenhang mit dem Arbeitsprogramm 1995 gemacht hat; - unterstützt die allgemeine Ausrichtung der von der Kommission geplanten spezifischen Aktionen auf die vier Schwerpunkte, die bereits bei der Vorlage der Strategie für die Betrugsbekämpfung im Jahre 1994 gesetzt wurden, im besonderen: = Verstärkung der Präsenz vor Ort und Unterstützung für die operationelle Tätigkeit: Verbesserung der Kontrollen in den Drittländern, insbesondere den MOEL und den Mittelmeerländern, wirksamere Vorbeugung gegen Unregelmäßigkeiten im Transitverkehr, Ausweitung der Amtshilfe im Rahmen des SCENT-Netzes auf andere Sektoren als den des Zollbereichs unter Beachtung der jeweiligen Zuständigkeiten der einzelstaatlichen Behörden; = Verstärkung der Partnerschaft zwischen der Kommission und den Mitgliedstaaten: Entwicklung der Informationsnetze, verbesserte Auswertung der Ergebnisse der Risikoanalyse, Aus- und Weiterbildung der Beamten der Mitgliedstaaten; entsprechend den Schlußfolgerungen des Europäischen Rates von Madrid und ...