Traduction de «wettelijke toetsing zoals » (Néerlandais → Allemand) :

TERMINOLOGIE

Protocol houdende wijziging van het Verdrag van 31 januari 1963 tot aanvulling van het Verdrag van Parijs van 29 juli 1960 inzake wettelijke aansprakelijkheid op het gebied van de kernenergie, zoals gewijzigd bij het Aanvullend Protocol van 28 januari 1964 en bij het Protocol van 16 november 1982
Protokoll zur Änderung des Zusatzübereinkommens vom 31. Januar 1963 zum Pariser Übereinkommen vom 29. Juli 1960 über die Haftung gegenüber Dritten auf dem Gebiet der Kernernergie in der Fassung des Zusatzprotokolls vom 28. Januar 1964 und des Protokolls vom 16. November 1982

TRADUCTIONS EN CONTEXTE

Dit is echter gebaseerd op gebreken in de procedure neergelegd in richtlijn 2010/24 en de voorganger daarvan, richtlijn 2008/55, en niet op de uitvoering van een wettelijke toetsing, zoals bepleit door de Commissie, op grond van niet onderbouwde twijfels of verzoeker wel een doeltreffende voorziening in rechte zou hebben gehad, indien hij een procedure had aangespannen in Griekenland.
Der Grund dafür ist jedoch, dass es bei dem Verfahren, das nach der Richtlinie 2010/24 und der ihr vorangehenden Richtlinie 2008/55 einzuhalten gewesen wäre, zu Fehlern gekommen ist, und besteht nicht, wofür sich die Kommissionausspricht, in der Anwendung rechtlicher Kriterien, die auf unsubstantiierten Zweifeln beruht, dass dem Kläger bei einem Gerichtsverfahren in Griechenland ein wirksamer gerichtlicher Rechtsbehelf versagt worden wäre.

7. herinnert eraan dat georganiseerde criminaliteit, waaronder de maffia, een van de grootste bedreigingen vormt voor de interne veiligheid van de EU; stelt tevreden vast dat de lidstaten en de Commissie vooruitgang hebben geboekt in het kader van de EU-beleidscyclus ter bestrijding van de georganiseerde en zware internationale criminaliteit en verzoekt de lidstaten om een hernieuwd engagement en toereikende middelen; is van mening dat gemeenschappelijke wettelijke normen en operationele instrumenten moeten worden bevorderd, zoals beslagleggingen, Europese onderzoeksbevelen en gemeenschappelijke onderzoeksteams; is van mening dat de politiële en justitiële samenwerking tussen de lidstaten en de Europese Unie, evenals met derde landen, moet worden versterkt, met inachtneming van het internationaal recht en de internationale verplichtingen van de EU op het gebied van de fundamentele vrijheden en de grondrechten, de bescherming van de persoonsgegevens en het privéleven van de burgers en ingezetenen van de Unie, en eist dat het Europees Parlement een cruciale rol speelt bij de evaluatie en de vaststelling van het interneveiligheidsbeleid van de Unie omdat dit beleid verstrekkende gevolgen heeft voor de grondrechten van alle personen die in de EU leven; benadrukt dat ervoor gezorgd moet worden dat dit beleid onder de bevoegdheid valt van de enige Europese instelling die via directe verkiezingen wordt gekozen om het EU-beleid in het kader van de ruimte van vrijheid, veiligheid en rechtvaardigheid te onderwerpen aan democratische toetsing en controle;
7. weist darauf hin, dass die organisierte Kriminalität, auch die Mafia, eine der schwersten Bedrohungen für die innere Sicherheit der EU darstellt; nimmt mit Genugtuung die von den Mitgliedstaaten und der Kommission im Rahmen des EU-Politikzyklus zu organisierter und schwerer internationaler Kriminalität erzielten Fortschritte zur Kenntnis und fordert von den Mitgliedstaaten erneutes Engagement und eine angemessene Mittelausstattung; ist der Auffassung, dass gemeinsame rechtliche Normen und operative Instrumente gefördert werden müssen, wie beispielsweise die Einziehung, die Europäische Ermittlungsanordnung und gemeinsame Ermittlungsteams; hält es für notwendig, die justizielle und polizeiliche Zusammenarbeit zwischen den Mitgliedstaaten und der EU sowie mit Drittstaaten unbeschadet der Rechtsvorschriften und der internationalen Verpflichtungen der EU in Bezug auf die Grundfreiheiten und –rechte, die Rechtsstaatlichkeit und den Schutz der personenbezogenen Daten und der Privatsphäre der Bürger und Personen mit Wohnsitz in der EU zu stärken, und fordert, dass das Europäische Parlament eine entscheidende Rolle bei der Bewertung und der Festlegung der Politik der inneren Sicherheit spielt, da diese erhebliche Auswirkungen auf die Grundrechte aller Personen mit Wohnsitz in der EU hat; betont daher, dass sichergestellt werden muss, dass diese Politik in den Aufgabenbereich der einzigen Institution der EU fällt, die mit Blick auf die demokratische Überwachung und Kontrolle der politischen Maßnahmen der EU im Rahmen des Raums der Freiheit, der Sicherheit und des Rechts direkt gewählt wird;

39. herhaalt zijn verzoek aan lidstaten om met spoed een gecoördineerd beleid te ontwikkelen inzake de afgifte van noodvisa aan mensenrechtenverdedigers en hun familieleden, naar het voorbeeld van speciale regelingen in Spanje en Ierland; is er sterk van overtuigd dat wanneer de nieuwe delegaties van de Europese Unie de bevoegdheid krijgen om aanbevelingen aan lidstaten te doen inzake de afgifte van noodvisa, dit een grote stap in de goede richting zou zijn voor het mensenrechtenbeleid van de Unie; meent dat een duidelijke verwijzing naar deze mogelijkheid in het Concepthandboek voor de behandeling van visumaanvragen en de wijziging van afgegeven visa bijzonder goed van pas zou komen om deze gemeenschappelijke aanpak te verwezenlijken, zoals door het Europees Parlement reeds tot uitdrukking is gebracht tijdens de wettelijke toetsing van de hierboven genoemde maatregel;
39. bekräftigt seine an die Mitgliedstaaten gerichtete Forderung, zielstrebig die Entwicklung einer koordinierten Politik für die Ausstellung von Notfallvisa für Menschenrechtsverteidiger und deren Familienangehörige in Angriff zu nehmen, wobei die spanischen und irischen Sonderregelungen als Vorlage dienen können; ist der festen Überzeugung, dass es ein großer Fortschritt für die Menschenrechtspolitik der Union wäre, wenn die neuen Delegationen der Europäischen Union befugt wären, den Mitgliedstaaten Empfehlungen für die Ausstellung von Notfallvisa zu geben; ist der Ansicht, dass sich ein eindeutiger Hinweis auf diese Möglichkeit im Entwurf des Handbuchs für die Bearbeitung von Visumanträgen und die Änderung erteilter Visa als große Hilfe bei der Erreichung dieser gemeinsamen Politik erweisen würde, wie das Europäische Parlament bereits während der rechtlichen Prüfung der oben genannten Maßnahme zum Ausdruck gebracht hat;

40. herhaalt zijn verzoek aan lidstaten om met spoed een gecoördineerd beleid te ontwikkelen inzake de afgifte van noodvisa aan mensenrechtenverdedigers en hun familieleden, naar het voorbeeld van speciale regelingen in Spanje en Ierland; is er sterk van overtuigd dat wanneer de nieuwe delegaties van de Europese Unie de bevoegdheid krijgen om aanbevelingen aan lidstaten te doen inzake de afgifte van noodvisa, dit een grote stap in de goede richting zou zijn voor het mensenrechtenbeleid van de Unie; meent dat een duidelijke verwijzing naar deze mogelijkheid in het Concepthandboek voor de behandeling van visumaanvragen en de wijziging van afgegeven visa bijzonder goed van pas zou komen om deze gemeenschappelijke aanpak te verwezenlijken, zoals door het Europees Parlement reeds tot uitdrukking is gebracht tijdens de wettelijke toetsing van de hierboven genoemde maatregel;
40. bekräftigt seine an die Mitgliedstaaten gerichtete Forderung, zielstrebig die Entwicklung einer koordinierten Politik für die Ausstellung von Notfallvisa für Menschenrechtsverteidiger und deren Familienangehörige in Angriff zu nehmen, wobei die spanischen und irischen Sonderregelungen als Vorlage dienen können; ist der festen Überzeugung, dass es ein großer Fortschritt für die Menschenrechtspolitik der Union wäre, wenn die neuen Delegationen der Europäischen Union befugt wären, den Mitgliedstaaten Empfehlungen für die Ausstellung von Notfallvisa zu geben; ist der Ansicht, dass sich ein eindeutiger Hinweis auf diese Möglichkeit im Entwurf des Handbuchs für die Bearbeitung von Visumanträgen und die Änderung erteilter Visa als große Hilfe bei der Erreichung dieser gemeinsamen Politik erweisen würde, wie das Europäische Parlament bereits während der rechtlichen Prüfung der oben genannten Maßnahme zum Ausdruck gebracht hat;

b) Schenden artikel 65/15 (samengelezen met artikel 65/14) en artikel 65/25 van de wet van 24 december 1993 het gelijkheidsbeginsel zoals vervat in artikel 10 en 11 van de Grondwet, inzoverre de aanbestedende diensten die een overheid zijn als bedoeld in artikel 14, § 1, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State (evenals de begunstigde van de opdracht) een fundamenteel verschillende rechtsbeschermingsregime inzake de schorsing van de gunningsbeslissing (in het kader van de wettelijke wachttermijnregeling) kennen dan aanbestedende diensten die geen overheid zijn als bedoeld in artikel 14, § 1, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State (en de aldaar begunstigden van de opdracht) omdat de schorsing door de burgerlijke kort geding rechter uitgaat van een fundamenteel andere toetsing, dan geldt voor de Raad van State en dan dat geldt voor het gemeen kort geding ?
b) Verstossen Artikel 65/15 (in Verbindung mit Artikel 65/14) und Artikel 65/25 des Gesetzes vom 24. Dezember 1993 gegen den in den Artikeln 10 und 11 der Verfassung verankerten Gleichheitsgrundsatz, insofern die auftraggebenden Instanzen, die Verwaltungsbehörden im Sinne von Artikel 14 § 1 der koordinierten Gesetze über den Staatsrat sind, (sowie der Auftragnehmer) eine grundverschiedene Rechtsschutzregelung in Bezug auf die Aussetzung des Beschlusses zur Auftragsvergabe (im Rahmen der gesetzlichen Wartezeitregelung) kennen, im Verhältnis zu den auftraggebenden Instanzen, die keine Verwaltungsbehörden im Sinne von Artikel 14 § 1 der koordinierten Gesetze über den Staatsrat sind, (sowie den betreffenden Auftragnehmern), weil die Aussetzung durch den Zivilrichter im Eilverfahren von einer grundverschiedenen Prüfung im Verhältnis zu der für den Staatsrat sowie der für das gemeinrechtliche Eilverfahren geltenden Prüfung ausgeht?

« a) Schenden artikel 65/15 (samengelezen met artikel 65/14) en artikel 65/25 van de wet van 24 december 1993 het gelijkheidsbeginsel zoals vervat in artikel 10 en 11 van de Grondwet, inzoverre de aanbestedende diensten die een overheid zijn als bedoeld in artikel 14, § 1, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State (evenals de begunstigde van de opdracht) een fundamenteel verschillende rechtsbeschermingsregime inzake de schorsing van de gunningsbeslissing (in het kader van de wettelijke wachttermijnregeling) kennen dan aanbestedende diensten die geen overheid zijn als bedoeld in artikel 14, § 1, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State (en de aldaar begunstigden van de opdracht) omdat de schorsing door de burgerlijke kort geding rechter geen inhoudelijke autonome toetsing van de ingeroepen grieven vereist ?
« a) Verstossen Artikel 65/15 (in Verbindung mit Artikel 65/14) und Artikel 65/25 des Gesetzes vom 24. Dezember 1993 gegen den in den Artikeln 10 und 11 der Verfassung verankerten Gleichheitsgrundsatz, insofern die auftraggebenden Instanzen, die Verwaltungsbehörden im Sinne von Artikel 14 § 1 der koordinierten Gesetze über den Staatsrat sind, (sowie der Auftragnehmer) eine grundverschiedene Rechtsschutzregelung in Bezug auf die Aussetzung des Beschlusses zur Auftragsvergabe (im Rahmen der gesetzlichen Wartezeitregelung) kennen, im Verhältnis zu den auftraggebenden Instanzen, die keine Verwaltungsbehörden im Sinne von Artikel 14 § 1 der koordinierten Gesetze über den Staatsrat sind, (sowie den betreffenden Auftragnehmern), weil die Aussetzung durch den Zivilrichter im Eilverfahren keine inhaltliche autonome Prüfung der vorgelegten Einwände erfordert?

b) Schenden artikel 65/15 (samengelezen met artikel 65/14) en artikel 65/25 van de wet van 24 december 1993 het gelijkheidsbeginsel zoals vervat in artikel 10 en 11 van de Grondwet, inzoverre de aanbestedende diensten die een overheid zijn als bedoeld in artikel 14, § 1, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State (evenals de begunstigde van de opdracht) een fundamenteel verschillende rechtsbeschermingsregime inzake de schorsing van de gunningsbeslissing (in het kader van de wettelijke wachttermijnregeling) kennen dan aanbestedende diensten die geen overheid zijn als bedoeld in artikel 14, § 1, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State (en de aldaar begunstigden van de opdracht) omdat de schorsing door de burgerlijke kort geding rechter uitgaat van een fundamenteel andere toetsing, dan geldt voor de Raad van State en dan dat geldt voor het gemeen kort geding ?
b) Verstossen Artikel 65/15 (in Verbindung mit Artikel 65/14) und Artikel 65/25 des Gesetzes vom 24hhhhqDezember 1993 gegen den in den Artikeln 10 und 11 der Verfassung verankerten Gleichheitsgrundsatz, insofern die auftraggebenden Instanzen, die Verwaltungsbehörden im Sinne von Artikel 14 § 1 der koordinierten Gesetze über den Staatsrat sind, (sowie der Auftragnehmer) eine grundverschiedene Rechtsschutzregelung in Bezug auf die Aussetzung des Beschlusses zur Auftragsvergabe (im Rahmen der gesetzlichen Wartezeitregelung) kennen, im Verhältnis zu den auftraggebenden Instanzen, die keine Verwaltungsbehörden im Sinne von Artikel 14 § 1 der koordinierten Gesetze über den Staatsrat sind, (sowie den betreffenden Auftragnehmern), weil die Aussetzung durch den Zivilrichter im Eilverfahren von einer grundverschiedenen Prüfung im Verhältnis zu der für den Staatsrat sowie der für das gemeinrechtliche Eilverfahren geltenden Prüfung ausgeht?

« a) Schenden artikel 65/15 (samengelezen met artikel 65/14) en artikel 65/25 van de wet van 24 december 1993 het gelijkheidsbeginsel zoals vervat in artikel 10 en 11 van de Grondwet, inzoverre de aanbestedende diensten die een overheid zijn als bedoeld in artikel 14, § 1, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State (evenals de begunstigde van de opdracht) een fundamenteel verschillende rechtsbeschermingsregime inzake de schorsing van de gunningsbeslissing (in het kader van de wettelijke wachttermijnregeling) kennen dan aanbestedende diensten die geen overheid zijn als bedoeld in artikel 14, § 1, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State (en de aldaar begunstigden van de opdracht) omdat de schorsing door de burgerlijke kort geding rechter geen inhoudelijke autonome toetsing van de ingeroepen grieven vereist ?
« a) Verstossen Artikel 65/15 (in Verbindung mit Artikel 65/14) und Artikel 65/25 des Gesetzes vom 24hhhhqDezember 1993 gegen den in den Artikeln 10 und 11 der Verfassung verankerten Gleichheitsgrundsatz, insofern die auftraggebenden Instanzen, die Verwaltungsbehörden im Sinne von Artikel 14 § 1 der koordinierten Gesetze über den Staatsrat sind, (sowie der Auftragnehmer) eine grundverschiedene Rechtsschutzregelung in Bezug auf die Aussetzung des Beschlusses zur Auftragsvergabe (im Rahmen der gesetzlichen Wartezeitregelung) kennen, im Verhältnis zu den auftraggebenden Instanzen, die keine Verwaltungsbehörden im Sinne von Artikel 14 § 1 der koordinierten Gesetze über den Staatsrat sind, (sowie den betreffenden Auftragnehmern), weil die Aussetzung durch den Zivilrichter im Eilverfahren keine inhaltliche autonome Prüfung der vorgelegten Einwände erfordert?

1. verzoekt de Commissie, zoals het al eerder bij herhaling heeft gedaan, het laatst nog in zijn reeds aangehaalde resolutie van 15 maart 2006, initiatieven te ontplooien met het oog op de toetsing en de modernisering van de Gemeenschapswetgeving op het gebied van de informatie en de raadpleging van de werknemers om een coherent en doeltreffend wettelijk kader te realiseren, rechtszekerheid te waarborgen en het samenspel tussen het nationale en het Europese niveau in de sociale dialoog te verbeteren;
1. ersucht die Kommission, wie bereits von ihm mehrfach - zuletzt in seiner oben genannten Entschließung vom 15. März 2006 - gefordert, die europäischen Rechtsvorschriften im Bereich der Unterrichtung und Anhörung von Arbeitnehmern zu überprüfen und zu aktualisieren, um für einen kohärenten und effizienten Rechtsrahmen zu sorgen, Rechtssicherheit zu gewährleisten und die Möglichkeiten des sozialen Dialogs zwischen den nationalen und europäischen Ebenen zu verbessern;