4. merkt op dat ondanks pogingen van enkele ENB-landen om de gendergelijkheid te bevorderen en de deelname van vrouwen in het politieke, sociale en economische leven te vergroten, dergelijke maatregelen nog niet hebben geleid tot een significante verbetering in de Mediterrane en enkele oostelijke nabuurschapslanden; roept de Commissie op in de programmering en tenuitvoerlegging van het ENPI op meer stelselmatige wijze aandacht te schenken aan genderongelijkheden;
4. stellt fest, dass, obwohl in einigen ENP-Ländern Anstrengungen unternommene wurden, die Gleichstellung der Geschlechter zu fördern und sich für eine stärkere Beteiligung der Frauen am politischen, sozialen und wirtschaftlichen Leben einzusetzen, diese Maßnahmen bisher weder in den Partnerländern des Mittelmeerraums noch in den östlichen Partnerländern zu einer signifikanten Verbesserung geführt haben; fordert die Kommission auf, sich bei der Programmplanung und der Umsetzung des ENPI systematischer mit geschlechtsbedingten Ungleichheiten auseinanderzusetzen.