2.6.3. De in de punten 2.6.1 en 2.6.2 bedoelde veiligheidsgaranties moeten van toepassing zijn op elk willekeurig tijdsinterval tussen twee geplande inspecties van de betrokken component.
2.6.3. Der in den Abschnitten 2.6.1 und 2.6.2 genannte Zustand der Sicherheit muß über den gesamten Zeitraum zwischen zwei planmäßigen Überprüfungen des jeweiligen Bauteils nachweisbar sein.