Met name heeft de Raad in zijn resolutie van 8 juni 1998 het in het witboek vermelde streefcijfer in 2010 van 12% voor het uit hernieuwbare energiebronnen afkomstige aandeel van het gezamenlijke bruto binnenlandse verbruik van elektriciteit, warmte en biobrandstoffen voor de Gemeenschap als geheel onderschreven en heeft hij aangedrongen op verdere inspanningen door de Gemeenschap en in de lidstaten, de noodzaak indachtig de uiteenlopende nationale omstandigheden in aanmerking te nemen.
Der Rat im Besonderen hat in seiner Entschließung vom 8. Juni 1998 das im Weißbuch vorgeschlagene Ziel eines Anteils von Elektrizität, Wärme und Biobrennstoffen aus erneuerbaren Energiequellen in Höhe von 12% am Bruttoinlandsverbrauch der Gemeinschaft bestätigt und zu verstärkten Bemühungen auf Gemeinschaftsebene sowie in den Mitgliedstaaten aufgerufen, wobei den unterschiedlichen Gegebenheiten in den einzelnen Mitgliedstaaten Rechnung zu tragen ist.