1. Alle in artikel 28, lid 5, punten a) en b), genoemde stukken waarvan betekening of kennisgeving aan de schuldenaar moet geschieden en die niet zijn gesteld in de officiële taal van de lidstaat waar de schuldenaar zijn woonplaats heeft of, indien het een lidstaat met verschillende officiële talen betreft, in de officiële taal of een van de officiële talen van de plaats waar de schuldenaar zijn woonplaats heeft of in een andere taal die hij begrijpt, gaan vergezeld van een vertaling of transliteratie in een van deze talen.
1. Den in Artikel 28 Absatz 5 Buchstaben a und b aufgeführten und dem Schuldner zuzustellenden Schriftstücken, die nicht in der Amtssprache des Mitgliedstaats, in dem der Schuldner seinen Wohnsitz hat, oder, sofern es mehrere Amtssprachen in diesem Mitgliedstaat gibt, der Amtssprache oder einer der Amtssprachen des Ortes, an dem der Schuldner seinen Wohnsitz hat, oder in einer anderen Sprache, die er versteht, abgefasst sind, ist eine Übersetzung oder Transliteration in eine dieser Sprachen beizufügen.