Dat neemt niet weg dat, wanneer de wetgever, ter uitvoering van artikel 30 van de Grondwet, het gebruik van de talen regelt voor gerechtszaken, hij hierbij het in de artikelen 10 en 11 van de Grondwet gewaarborgde beginsel van gelijkheid en niet-discriminatie en het door artikel 6.1 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens gewaarborgde recht van toegang tot de rechter dient te eerbiedigen.
Im Übrigen muss der Gesetzgeber, wenn er den Sprachengebrauch in Gerichtsangelegenheiten in Ausführung von Artikel 30 der Verfassung regelt, den in den Artikeln 10 und 11 der Verfassung verankerten Grundsatz der Gleichheit und Nichtdiskriminierung sowie das in Artikel 6 Absatz 1 der Europäischen Menschenrechtskonvention verankerte Recht auf Zugang zum Gericht beachten.