Overwegende dat in artikel 5, lid 4, van Verordening (EEG) nr. 2092/91 is bepaald dat ingrediënten van agrarische oorsprong alleen dan in bijlage VI, deel C, mogen worden opgenomen als is aangetoond dat zij van agrarische oorsprong zijn en in de Gemeenschap niet in voldoende hoeveelheden volgens de regels van artikel 6 worden geproduceerd, of niet kunnen worden geïmporteerd uit derde landen overeenkomstig de voorschriften van artikel 11;
Gemäß Artikel 5 Absatz 4 der Verordnung (EWG) Nr. 2092/91 dürfen Zutaten landwirtschaftlichen Ursprungs nur dann in Anhang VI Teil C aufgenommen werden, wenn diese Zutaten nachweislich landwirtschaftlichen Ursprungs sind und in der Gemeinschaft nach Artikel 6 nicht in ausreichender Menge erzeugt oder nach Artikel 11 nicht aus Drittländern eingeführt werden können.