Traduction de «worden ook eiken-berkenbossen » (Néerlandais → Allemand) :

TERMINOLOGIE

eiken(bomen
Eiche

Eiken-Berkenbos | Querco-Betuletum
azidophiler Eichenwald mit Querco-Betuletum

Eiken-Haagbeukenbos met Stellario-Carpinetum
Eichenwald mit Stellario-Carpinetum

TRADUCTIONS EN CONTEXTE

Loofbosgebieden worden ingenomen door beuken- en eikenbossen met veldbies, maar er worden ook eiken-berkenbossen met pijpestrootjes, veenachtige berkenbossen, elkenbossen, .waargenomen. Ze omvat bovendien verschillende open gebieden ingenomen door vochtige heiden, droge heiden, alsook actieve en beschadigde hoogvenen.
In den Laubwaldgebieten herrschen Buchenwälder und Eichenwälder mit Hainsimsen vor, doch sind auch Eichen- Birkenwälder mit blauem Pfeifengras, Moorbirkenwälder, Auenwälder vorzufinden. Es umfasst außerdem zahlreiche offene Gebiete mit feuchten Heiden, trockenen Heiden sowie aktiven und degradierten Hochmooren.

Deze Ardense helft van de locatie stemt overeen met uitgestrekte oppervlaktes van acidofiele beukenbossen (9110) doorsneden doot de valleien van Civanne en de beek « Prés Thibaut » (« Croisette de Rossignol), bos van Neufchateau, bos van Chenêt, « Fagne de la France », « Fagne Mousty) met, aan het hoofd van de bron, tal van venen die overeenstemmen met acidofiele eiken-berkenbossen (9190), met moeras- tot alluviale elkenbossen (91E0) of met veenachtige berkenbossen (91D0) alsook met stukken heide (4010, 4030).
Diese Ardenner Hälfte des Gebiets besteht in weiten Flächen von sauren Buchenwäldern (9110), durchquert durch die Täler der Civanne und des Bachs "Prés Thibaut" ("Croisette de Rossignol", Wälder "forêt de Neufchateau", "bois du Chenêt", "Fagne de la France", "Fagne Mousty") mit am Anfang der Quellen zahlreiche Weidenwäldchen, die bodensauren Eichen- und Birkenwäldern (9190), sumpfigen bis alluvialen Auenwäldern, (91E0) oder Moorbirkenwäldern (91D0) sowie Streifen mit Heid (4010, 4030) entsprechen.

De locatie « Vallée de l'Ulf » omvat enkele kleinere bosgebieden met alluviale bossen, eiken-berkenbossen met pijpestrootje en acidocliene eiken-haagbeukenbossen.
Mit einer noch kleineren Fläche weist das Gebiet des Ulftals einige bewaldete Flächen auf, die der Art der Auenwälder, Birkenwälder mit blauem Pfeifengras und der säureliebenden Eichen- Hainbuchenwälder gehören.

Wijn die is gerijpt in nieuwe eiken vaten met een inhoud van hoogstens 500 liter.
Wein, der in neuen Eichenfässern mit einem Fassungsvermögen von bis zu 500 l reift.

Onder de bossen bedoeld bij de Habitatrichtlijn, wordt de grootste oppervlakte bedekt met veenachtige berkenbossen (91D0*) langs de hele locatie, gevolgd door het eiken-berkenbos met pijpestrootje (9190) waarmee ze soms een mozaïek vormen.
In der Erwägung, dass unter den von der Habitat-Richtlinie erwähnten Wäldern die größte Fläche von den Moorbirkenwäldern (91D0*) bedeckt ist, die sich entlang des gesamten Gebiets erstrecken, gefolgt von den Eichen-Birkenwäldern mit blauem Pfeifengras (9190), mit denen sie teilweise ein Mosaik bilden.

c) bijzonder zeldzame en op schaal van de locatie verspreide bestanddelen van habitats (eiken-haagbeukenbossen en vochtige eiken-berkenbossen (9160, 9190), thermofiele bossen van de Quercion pubescentis en van de Antherico-Carpinetum, moerassige bossen);
c) auf Ebene des Gebiets besonders seltene und verstreute Lebensraumelemente (Eichen- Hainbuchenwälder und feuchte Eichen- und Birkenwälder (9160, 9190), thermophile Wälder des Quercion pubescentis und des Antherico-Carpinetum, Sumpfwälder);

d) zeldzame en op schaal van de locatie verspreide bestanddelen van habitats (eiken-haagbeukenbossen en vochtige eiken-berkenbossen (9160, 9190), thermofiele bossen van de Quercion pubescentis en van de Antherico-Carpinetum);
d) auf Ebene des Gebiets besonders seltene und verstreute Lebensraumelemente (Eichen- Hainbuchenwälder und feuchte Eichen- und Birkenwälder (9160, 9190), thermophile Wälder des Quercion pubescentis und des Antherico-Carpinetum);

g) bossen van de meta-climax van de vochtige zuurminnende eiken-berkenbossen (9190);
g) Wälder des Metaklimax der feuchten bodensauren Eichen- und Birkenwälder (9190);

bossen van de meta-climax van de vochtige acidofiele eiken-berkenbossen (9190);
Wälder des Metaklimax der feuchten bodensauren Eichen- und Birkenwälder (9190);

bossen van de meta-climax van de vochtige acidofiele eiken-berkenbossen;
Wälder des Metaklimax der feuchten Eichen- und Eschenwälder mit Hyacinthen;