Zowel uit de titel als uit de parlementaire voorbereiding van de wet van 19 februari 1990 « tot aanvulling van artikel 20 van de hypotheekwet en tot wijziging van artikel 1798 van het Burgerlijk Wetboek met het oog op de bescherming van de onderaannemers » blijkt dat met de rechtstreekse vordering waarin artikel 1798 van het Burgerlijk Wetboek voorziet, de bescherming van de onderaannemer wordt nagestreefd omdat de wetgever heeft geoordeeld dat hij, als partij die als de zwakste wordt beschouwd, een bijzondere bescherming verdiende :
Sowohl aus dem Titel als auch aus den Vorarbeiten des Gesetzes vom 19. Februar 1990 « zur Ergänzung von Artikel 20 des Hypothekengesetzes und zur Abänderung von Artikel 1798 des Zivilgesetzbuches im Hinblick auf den Schutz der Subunternehmer » geht hervor, dass die in Artikel 1798 des Zivilgesetzbuches vorgesehene Direktklage bezweckt, den Subunternehmer zu schützen, weil der Gesetzgeber den Standpunkt vertreten hat, dass er, weil er als die schwächste Partei angesehen werde, einen besonderen Schutz verdiente: