Organoleptische kenmerken: intense geur van kardoen en bloemen; vlezige consistentie van de schutbladeren, die tegelijk ook zacht en aan de basis krokant zijn; volle smaak met een afgewogen samengaan van enigszins bittere en zoetige smaken door de aanwezigheid van polyfenolderivaten en cynarine; omdat in artisjokken van nature tannines voorkomen, zijn deze weliswaar wrang, maar de wrangheid is weinig uitgesproken, omdat die wordt gecompenseerd door de hoofdzakelijk zoete smaken van de in ruime mate voorkomende koolhydraten.
Organoleptische Eigenschaften: Duft: intensiv nach Distel und Blumen; Konsistenz: Hüllblätter fleischig und am unteren Ende zugleich zart und knackig; Geschmack: gehaltvolle, ausgewogene Mischung aus süßlichem und leicht bitterem Geschmack aufgrund des Gehalts an Polyphenolderivaten und Cynarin; Adstringenz: die Wirkung der Tannine, natürlicher Bestandteile der Artischocke, wird durch den vorherrschenden süßen Geschmack der Kohlenhydrate ausgeglichen.