3. Het bedrag van de aangevraagde steun voor zaaizaad overschrijdt niet het maximum dat door de Commissie wordt vastgesteld overeenkomstig de procedure van artikel 141, lid 2, en overeenkomt met het aandeel van de steun voor zaaizaad voor de betrokken soorten in het in artikel 40 bedoelde nationale maximum, vastgesteld overeenkomstig artikel 64, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1782/2003 („maximum voor zaaizaad”).
(3) Der Betrag der beantragten Beihilfe für Saatgut darf eine von der Kommission nach dem in Artikel 141 Absatz 2 der vorliegenden Verordnung genannten Verfahren festgesetzte Obergrenze, die dem Anteil der Beihilfe für Saatgut für die betreffenden Arten an der in Artikel 40 der vorliegenden Verordnung genannten nationalen Obergrenze gemäß Artikel 64 Absatz 2 der Verordnung (EG) Nr. 1782/2003 („Obergrenze der Beihilfe für Saatgut“) entspricht, nicht überschreiten.