Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Traduction de «zaak c-338 98 commissie » (Néerlandais → Allemand) :

de instelling van minimumprijzen onverenigbaar is met het bestaande rechtskader (artikel 9, lid 1, van Richtlijn 95/59/EG van de Raad van 27 november 1995), omdat een dergelijke overheidsmaatregel onvermijdelijk betekent dat de vrijheid van de producenten en importeurs om hun verkoopprijzen vast te stellen, wordt ingeperkt (zie met name het arrest van 27 februari 2002 in zaak C-302/00, Commissie tegen Frankrijk); deze minimumprijzen niet nodig zijn, omdat de doelstellingen inzake volksgezondheid kunnen worden verwezenlijkt door een verhoging van de belasting van tabaksproducten (zie het arrest van 19 oktober 2000 in ...[+++]

Die Festsetzung von Mindestpreisen durch staatliche Stellen verstößt gegen geltendes Recht (Artikel 9 Absatz 1 der Richtlinie 95/59/EG des Rates vom 27. November 1995), da eine solche Maßnahme unweigerlich die Freiheit der Hersteller und Einführer beschränkt, ihren Kleinverkaufspreis selbst festzusetzen (siehe insbesondere Urteil von 27. Februar 2002 in der Rechtssache C-302/00, Kommission/Frankreich). Mindestpreise sind nicht erforderlich, weil das Ziel des Schutzes der öffentlichen Gesundheit in angemessener Weise durch eine erhöhte Besteuerung der Tabakwaren verfolgt werden kann (Urteil vom 19. Oktober 2000 in der Rechtssache C-216/98 ...[+++]


Arrest van het Hof van Justitie in zaak C-338/98 Commissie van de Europese Gemeenschappen tegen Koninkrijk der Nederlanden

Urteil des Gerichtshofes in der Rechtssache C-338/98 Kommission der Europäischen Gemeinschaften gegen Königreich der Niederlande


De Commissie heeft, bij het formuleren van deze bezwaren, rekening gehouden met diverse arresten van het Europees Hof van Justitie. Zo kan volgens een arrest van het Hof van 23 mei 2000 (in zaak C-58/99, Commissie/Italië) onder meer het recht om bestuurders te benoemen in de raad van bestuur mogelijk in strijd zijn met de verplichtingen die uit hoofde van de artikelen 43 en 56 van het EG-Verdrag op een lidstaat rusten. In zijn arresten van 4 juni 2002 (in zaak C-483/99, Commissie/Frankrijk, zaak C-503/99, Commissie/België en zaak C-367/98, Commissie/Portu ...[+++]

Bei der Begründung ihrer Besorgnis hat die Kommission mehreren Urteilen des Europäischen Gerichtshofs Rechnung getragen, wonach u.a. das Recht des Staates zur Ernennung von Verwaltungsratsmitgliedern eines Unternehmens gegen die Verpflichtungen der Mitgliedstaaten nach Artikel 43 und 56 des EG-Vertrags verstoßen kann (Urteil des Europäischen Gerichtshofs vom 23. Mai 2000 (Kommission/Italien, Rs. C-58/99), und wonach eine gesetzliche Regelung, die Anleger aus anderen Mitgliedstaaten von Kapitalinvestitionen abhalten kann, geeignet ist, den freien Kapitalverkehr illusorisch zu machen und eine Beschränkung des Kapitalverkehrs darstellt (Urt ...[+++]


De lidstaten kunnen dus niet alleen geen nieuwe internationale verbintenissen aangaan, maar kunnen evenmin dergelijke verbintenissen handhaven indien deze in strijd zijn met het Gemeenschapsrecht (zie in die zin Zaak C-472/98, punt 45, alsook de arresten van 4 juli 2000 in Zaak C-62/98, Commissie/Portugal, Jurispr. blz. I-5171, en Zaak C-84/98, Commissie/Portugal, Jurispr. blz. I-5215).

Die Mitgliedstaaten dürfen neue internationale Verpflichtungen daher nicht nur nicht eingehen, sondern solche Verpflichtungen auch nicht aufrechterhalten, wenn sie gegen das Gemeinschaftsrecht verstoßen (siehe z. B. Rs. C-472/98, Randnr. 45, ebenfalls die Urteile vom 4. Juli 2000, Kommission/Portugal, Rs. C-62/98, Slg. 2000, I-5171 und Kommission/Portugal, Rs. 84/98, Slg. 2000, I-5215).


[2] Zie onder meer arrest van 6 december 1989 in zaak C-329/88, Commissie/ Griekenland, Jurispr. 1989, blz. 4159; arrest van 27 november 1990 in zaak C-200/88, Commissie/ Griekenland, Jurispr. 1990, blz. I-4299; arrest van 21 januari 1999 in zaak C-207/97, Commissie/ België, Jurispr. 1999, blz. I-275 ; arrest van 25 november 1999 in zaak C-212/98, Commissie/ Ierland, Jurispr. 1999, blz. I-8571.

[2] Insbesondere Urteil vom 6. Dezember 1989 in der Rs. C-329/88, Kommission/Griechenland, Slg. 1989, S. 4159; Urteil vom 27. November 1990 in der Rs. C-200/88, Kommission/Griechenland, Slg. 1990, S. I-4299; Urteil vom 21. Januar 1999 in der Rs. C-207/97, Kommission/Belgien, Slg. 1999, S. I-275; Urteil vom 25. November 1999 in der Rs. C-212/98, Kommission/Irland, Slg. 1999, S. I-8571.


Het Hof van Justitie heeft op 8 november 2001 in zaak C-338/98 een arrest gewezen tegen de Nederlandse wetgeving.

Am 8. November 2001 hat der EuGH in der Rechtssache C-338/98 sein Urteil gefällt.


[96] Zaak C-169/98, Commissie/Frankrijk, Jurispr. 2000, blz. I-1049 en C-34/98, Commissie/Frankrijk, Jurispr. 2000, blz. I-995.

[96] Rechtssache C-169/98, Kommission gegen Frankreich, Slg. 2000, I-1049, und Rechtssache C-34/98, Kommission gegen Frankreich, Slg. 2000, I-995.


[58] Bovengenoemde zaak Beentjes (zie overweging 29) en het arrest van 26 september 2000 in zaak C-225/98, Commissie/Frankrijk, (Région Nord-Pas-de-Calais) Jurispr. 2000, blz. I-7445.

[58] Rechtssache Beentjes, a.a.O., Randnr. 29 und Rechtssache C-225/98 Kommission gegen Französische Republik, Urteil vom 26. September 2000, ,Schulgebäude - Nord-Pas-de-Calais", Slg. 2000, I-7445.


Dit standpunt is juni 2001 door de Commissie bevestigd (zie IP/01/872) en bekrachtigd door het Europees Hof van Justitie in zijn arresten van 4 juni 2002 in de zaken C-367/98 Commissie/Portugal, C-483/99 Commissie/Frankrijk en C-503/99 Commissie/België, alsook in zijn arrest van 13 mei 2003 in zaak C-463/00 Commissie/Spanje en C-98/01 Commissie/Verenigd Koninkrijk.

Dieser Standpunkt wurde von der Kommission im Juni 2001 bestätigt (siehe IP/01/872) und auch vom Europäischen Gerichtshof in seinen Urteilen vom 4. Juni 2002 in den Rechtssachen C-367/98 Kommission v Portugal, C-483/99 Kommission v Frankreich und C-503/99 Kommission v Belgien sowie in seinen Urteilen vom 13. Mai 2003 in den Rechtssachen C-463/00 Kommission v Spanien und C-98/01 Kommission v UK vertreten.


[2] Italië en Frankrijk zijn beide veroordeeld door het Europese Hof van Justitie, omdat zij verzuimd hebben maatregelen te treffen voor de uitvoering van de richtlijn (zaak C-386/98, Commissie tegen Italiaanse Republiek, arrest van 9 maart 2000 en zaak C-46/99, Commissie tegen Frankrijk, arrest van 8 juni 2000).

[2] Italien und Frankreich wurden vom Europäischen Gerichtshof wegen der Nichtumsetzung der Richtlinie verurteilt (Rechtssache C-386/98, Kommission gegen Italienische Republik, Urteil vom 9. März 2000 und Rechtssache C-46/99, Kommission gegen Französische Republik, Urteil vom 8. Juni 2000).




datacenter (28): www.wordscope.be (v4.0.br)

'zaak c-338 98 commissie' ->

Date index: 2024-06-15
w