iv) in het geval van een vordering krachtens artikel 25, lid 1, onder g), van Verordening (EG) nr. 6/2002, bovendien de afbeelding en nadere gegevens van de relevante zaak waarnaar in dat artikel wordt verwezen en nadere gegevens waaruit blijkt dat de vordering is ingesteld door de persoon of rechtspersoon die getroffen is door het oneigenlijke gebruik overeenkomstig artikel 25, lid 4, van die verordening;
iv) im Falle eines Antrags gemäß Artikel 25 Absatz 1 Buchstabe g) der Verordnung (EG) Nr. 6/2002 zusätzlich die Wiedergabe und Angaben zur Identifizierung des Gegenstandes oder Zeichens gemäß dem genannten Artikel und der Nachweis, dass der Antrag gemäß Artikel 25 Absatz 4 der genannten Verordnung von der Person oder Einrichtung gestellt wird, die von der missbräuchlichen Verwendung betroffen ist;