Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com
Betekening van procureur tot procureur
Bij advocaat verschijnen
Bij procureur verschijnen
Door een advocaat vertegenwoordigd worden
Door een procureur vertegenwoordigd worden
Federale procureur
Federale procureur-generaal
Openbaar aanklager
Procureur des Konings
Procureur-generaal
Substituut-procureur des Konings
Ter zake dienend
Vordering ter zake van aansprakelijkheid

Traduction de «zake de procureur » (Néerlandais → Allemand) :

TERMINOLOGIE
voir aussi les traductions en contexte ci-dessous
procureur-generaal | substituut-procureur des Konings | openbaar aanklager | procureur des Konings

Generalprokurator | Generalstaatanwältin | Öffentliche Anklägerin | Staatsanwalt/Staatsanwältin




bij advocaat verschijnen | bij procureur verschijnen | door een advocaat vertegenwoordigd worden | door een procureur vertegenwoordigd worden

sich durch einen Anwalt vertreten lassen


betekening van procureur tot procureur

Zustellung von Anwalt zu Anwalt


federale procureur | federale procureur-generaal

Föderalprokurator | Föderalgeneralprokurator


vordering ter zake van aansprakelijkheid

Verfahren wegen einer Haftpflicht






officier van gerechtelijke politie, hulpofficier van de procureur des Konings

Gerichtspolizeioffizier, Hilfsbeamter des Prokurators des Königs


TRADUCTIONS EN CONTEXTE
Bij vonnis van 29 november 2017 in zake de procureur des Konings, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 5 december 2017, heeft de familierectbank van de Rechtbank van eerste aanleg Namen, afdeling Namen, de volgende prejudiciële vraag gesteld :

In seinem Urteil vom 29. November 2017 in Sachen des Prokurators des Königs, dessen Ausfertigung am 5. Dezember 2017 in der Kanzlei des Gerichtshofes eingegangen ist, hat das Familiengericht das Gerichts erster Instanz Namur, Abteilung Namur, folgende Vorabentscheidungsfrage gestellt:


Bij arrest van 10 mei 2017 in zake de procureur des Konings van Brussel tegen O.H., waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 17 mei 2017, heeft het Hof van Cassatie de volgende prejudiciële vraag gesteld :

In seinem Entscheid vom 10. Mai 2017 in Sachen des Prokurators des Königs in Brüssel gegen O.H., dessen Ausfertigung am 17. Mai 2017 in der Kanzlei des Gerichtshofes eingegangen ist, hat der Kassationshof folgende Vorabentscheidungsfrage gestellt:


b. Bij twee vonnissen van 31 augustus 2017 in zake de procureur des Konings respectievelijk tegen N.A. en tegen A.S., waarvan de expedities ter griffie van het Hof zijn ingekomen op 7 september 2017, heeft de Correctionele Rechtbank Luik, afdeling Luik, dezelfde prejudiciële vraag gesteld.

b. In zwei Urteilen vom 31. August 2017 in Sachen des Prokurators des Königs gegen N.A. bzw. gegen A.S., deren Ausfertigungen am 7. September 2017 in der Kanzlei des Gerichtshofes eingegangen sind, hat das Korrektionalgericht Lüttich, Abteilung Lüttich, dieselbe Vorabentscheidungsfrage gestellt.


a. Bij vonnis van 4 juli 2017 in zake de procureur des Konings tegen J.A., waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 6 juli 2017, heeft de Correctionele Rechtbank Luik, afdeling Luik, de volgende prejudiciële vraag gesteld :

a. In seinem Urteil vom 4. Juli 2017 in Sachen des Prokurators des Königs gegen J.A., dessen Ausfertigung am 6. Juli 2017 in der Kanzlei des Gerichtshofes eingegangen ist, hat das Korrektionalgericht Lüttich, Abteilung Lüttich, folgende Vorabentscheidungsfrage gestellt:


For more results, go to https://pro.wordscope.com to translate your documents with Wordscope Pro!
Bij vonnis van 29 april 2015 in zake de procureur des Konings tegen S.T., waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 28 mei 2015, heeft de Correctionele Rechtbank Luik, afdeling Luik, de volgende prejudiciële vraag gesteld :

In seinem Urteil vom 29. April 2015 in Sachen des Prokurators des Königs gegen S.T., dessen Ausfertigung am 28. Mai 2015 in der Kanzlei des Gerichtshofes eingegangen ist, hat das Korrektionalgericht Lüttich, Abteilung Lüttich, folgende Vorabentscheidungsfrage gestellt:


Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij vonnis van 22 april 2016 in zake de procureur des Konings tegen F.S. en de nv « AG Insurance », waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 2 mei 2016, heeft de Franstalige Correctionele Rechtbank te Brussel de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 38, § 2bis, van de wet van 16 maart 1968 betreffende de politie over het wegverkeer in zijn huidige vorm de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre het aan de rechter de mogelijkheid biedt te bevelen dat het uitgesproken verval van het recht tot sturen enkel wordt uitgev ...[+++]

Bekanntmachung vorgeschrieben durch Artikel 74 des Sondergesetzes vom 6. Januar 1989 In seinem Urteil vom 22. April 2016 in Sachen des Prokurators des Königs gegen F.S. und die « AG Insurance » AG, dessen Ausfertigung am 2. Mai 2016 in der Kanzlei des Gerichtshofes eingegangen ist, hat das französischsprachige Korrektionalgericht Brüssel folgende Vorabentscheidungsfrage gestellt: « Verstößt Artikel 38 § 2bis des Gesetzes vom 16. März 1968 über die Straßenverkehrspolizei in der heutigen Fassung gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, indem er es dem Richter ermöglicht, zu verfügen, dass die ausgesprochene Entziehung der Fahrerlaub ...[+++]


Schendt artikel 64, § 1, eerste lid en § 2, eerste lid van de wet van 22 juli 1953 houdende oprichting van een Instituut van de bedrijfsrevisoren en organisatie van het publiek toezicht op het beroep van bedrijfsrevisor de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met artikel 6.1 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens en artikel 14.1 van het internationaal verdrag in zake burgerrechten en politieke rechten, doordat ze de termijn binnen de welke hoger beroep moet worden ingesteld enerzijds vaststelt op 30 dagen voor de bedrijfsrevisor en anderzijds op 40 dagen voor de Raad van het Instituut en de P ...[+++]

Verstößt Artikel 64 § 1 Absatz 1 und § 2 Absatz 1 des Gesetzes vom 22. Juli 1953 zur Gründung eines Instituts der Betriebsrevisoren und zur Organisation der öffentlichen Aufsicht über den Beruf des Betriebsrevisors gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, an sich oder in Verbindung mit Artikel 6 Absatz 1 der Europäischen Menschenrechtskonvention und Artikel 14 Absatz 1 des Internationalen Paktes über bürgerliche und politische Rechte, indem er die Berufungsfrist einerseits für den Betriebsrevisor auf 30 Tage und andererseits für den Rat des Instituts und den Generalprokurator auf 40 Tage festlegt?


2. Schendt artikel 64, § 2, tweede lid van de wet van 22 juli 1953 houdende oprichting van een Instituut van de bedrijfsrevisoren en organisatie van het publiek toezicht op het beroep van bedrijfsrevisor de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met artikel 6.1 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens en artikel 14.1 van het internationaal verdrag in zake burgerrechten en politieke rechten, doordat het na de betekening van het door de Raad of de Procureur-generaal ingestelde hoger beroep op een ogenblik waarop de termijn om hoger beroep in te stellen voor de bedrijfsrevisor al is vervallen, niet ...[+++]

2. Verstößt Artikel 64 § 2 Absatz 2 des Gesetzes vom 22. Juli 1953 zur Gründung eines Instituts der Betriebsrevisoren und zur Organisation der öffentlichen Aufsicht über den Beruf des Betriebsrevisors gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, an sich oder in Verbindung mit Artikel 6 Absatz 1 der Europäischen Menschenrechtskonvention und Artikel 14 Absatz 1 des Internationalen Paktes über bürgerliche und politische Rechte, indem er nach der Notifizierung der durch den Rat oder den Generalprokurator eingelegten Berufung zu einem Zeitpunkt, an dem die Berufungsfrist für den Betriebsrevisor bereits abgelaufen ist, nicht das Recht für den ...[+++]


Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij twee vonnissen van 24 februari 2016 in zake respectievelijk M.A. en K. N'G. tegen de ambtenaar van de burgerlijke stand van de stad Namen en L.V.D. en K.D. tegen de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente Sambreville, waarvan de expedities ter griffie van het Hof zijn ingekomen op 7 maart 2016, heeft de Rechtbank van eerste aanleg Namen, afdeling Namen, de volgende prejudiciële vragen gesteld : « Schenden de artikelen 63, 165 en 167 van het Burgerlijk Wetboek, afzonderlijk genomen of met elkaar in samenhang gelezen, in zoverre zij, naar gelang v ...[+++]

Bekanntmachung vorgeschrieben durch Artikel 74 des Sondergesetzes vom 6. Januar 1989 In zwei Urteilen vom 24. Februar 2016 in Sachen M.A. und K. N'G. gegen den Standesbeamten der Stadt Namur beziehungsweise L.V.D. und K.D. gegen den Standesbeamten der Gemeinde Sambreville, deren Ausfertigungen am 7. März 2016 in der Kanzlei des Gerichtshofes eingegangen sind, hat Gericht erster Instanz Namur, Abteilung Namur, folgende Vorabentscheidungsfragen gestellt: « Verstoßen die Artikel 63, 165 und 167 des Zivilgesetzbuches, an sich oder in Verbindung miteinander, indem sie je nach der Auslegung, die ihnen verliehen wird, die Wirksamkeit der Beschwerde gegen die Entscheidung des Standesbeamten zur Weigerung, die Trauung vorzunehmen, von dem von den ...[+++]


Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters J. Spreutels en E. De Groot, en de rechters A. Alen, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, T. Giet en R. Leysen, bijgestaan door de griffier F. Meersschaut, onder voorzitterschap van voorzitter J. Spreutels, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging Bij arrest van 18 maart 2015 in zake A.M. tegen V. V. V., waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 26 maart 2015, heeft het Hof van Cassatie de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 4, § 2, van de wet van 29 juni 1964 betreffende de opschorting, het uits ...[+++]

Der Verfassungsgerichtshof, zusammengesetzt aus den Präsidenten J. Spreutels und E. De Groot, und den Richtern A. Alen, T. MerckxVan Goey, P. Nihoul, T. Giet und R. Leysen, unter Assistenz des Kanzlers F. Meersschaut, unter dem Vorsitz des Präsidenten J. Spreutels, erlässt nach Beratung folgenden Entscheid: I. Gegenstand der Vorabentscheidungsfrage und Verfahren In seinem Entscheid vom 18. März 2015 in Sachen A.M. gegen V. V. V., dessen Ausfertigung am 26. März 2015 in der Kanzlei des Gerichtshofes eingegangen ist, hat der Kassationshof folgende Vorabentscheidungsfrage gestellt: « Verstößt Artikel 4 § 2 des Gesetzes vom 29. Juni 1964 über die Aussetzung, den Aufschub und die Bewährung gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, indem e ...[+++]


w