Het Gerecht heeft de financiering van de reservecapaciteit voor epidemieën met bijdragen van leden van rekwirant ten onrechte aangemerkt als staatssteun, doordat het heeft aangenomen dat rekwirant, gelet op de werkzaamheid van het in het door hem bestreken gebied beschikbaar houden van reservecapaciteit voor epidemieën, moet worden gekwalificeerd als een onderneming in de zin van artikel 107, lid 1, VWEU.
Das Gericht habe zu Unrecht die Finanzierung der Seuchenreserve durch die Umlagenzahlungen der Mitglieder des Rechtsmittelführers als staatliche Beihilfe qualifiziert, indem es davon ausgegangen sei, dass der Rechtsmittelführer im Hinblick auf die Tätigkeit der Vorhaltung der Tierseuchenreservekapazität in seinem Verbandsgebiet als Unternehmen im Sinne des Art. 107 Abs. 1 AEUV zu behandeln sei.