Onder voorbehoud van die interpretatie, die tegelijkertijd steunt op de tekst van artikel 39 van het decreet, op de parlementaire voorbereiding ervan, en op de veronderstelling dat de decreetgever zich heeft willen conformeren aan de Grondwet, is de organisatie van de lessen godsdienst en zedenleer niet discriminatoir.
Vorbehaltlich dieser Auslegung, die gleichzeitig auf dem Wortlaut von Artikel 39 des Dekrets und auf dessen Vorarbeiten beruht sowie auf der Annahme, dass der Dekretgeber die Verfassung hat beachten wollen, ist die Organisation des Religions- und Moralunterrichts nicht diskriminierend.