Om te garanderen dat de communautaire Fondsen in de voor bijstand in aanmerking komende regio's een werkelijke impact hebben naast de ontwikkelingsinspanning die elke lidstaat zich zelf getroost, voorziet de regeling betreffende de Structuurfondsen sinds 1989 in toepassing van het additionaliteitsbeginsel. Op grond van dit beginsel moeten de lidstaten de nationale structurele uitgaven (exclusief de bijdrage van de EU) in de lopende programmeringsperiode op ten minste hetzelfde niveau handhaven als in de voorgaande periode.
Um sicherzustellen, dass die Gemeinschaftsfonds in den Förderregionen im Vergleich zu den von jedem Mitgliedstaat eigens unternommenen Entwicklungsanstrengungen eine reale Wirkung haben, sieht die Strukturfondsregelung seit 1989 die Anwendung des Zusätzlichkeitsprinzips vor. Nach diesem Grundsatz sind die Mitgliedstaaten verpflichtet, in einem bestimmten Programmplanungszeitraum die nationalen Strukturausgaben (ohne den EU-Beitrag) zumindest in gleicher Höhe wie im vorangegangenen Planungszeitraum aufrechtzuerhalten.