Wanneer de extinctie gelijkmatig toeneemt, worden vijf tot zes metingen uitgevoerd en wordt vervolgens een grafische of rekenkundige extrapolatie gemaakt om de extinctie te verkrijgen die de oplossing zou hebben op het ogenblik dat het laatste enzym is toegevoegd (T0).
Wenn eine konstante Extinktionszunahme erreicht ist, so sind 5 bis 6 Messungen und anschließend eine graphische oder rechnerische Extrapolierung durchzuführen, um die Extinktion zu bestimmen, die die Lösung zum Zeitpunkt des Zusetzens des letzten Enzyms hätte erreichen müssen (T0).