Ofschoon dus aan de in het geding zijnde bepaling niet kan worden verweten niet een geval te hebben geregeld waarin destijds niet was voorzien in de stelsels die van toepassing waren op de werknemers uit de privé-sector in België, ziet het Hof echter niet in, rekening houdend met wat is gepreciseerd in B.2.2, welke redenen zouden verantwoorden dat die gelijkstelling niet eveneens wordt toegekend aan de werknemers uit de privé-sector die aan het koloniale stelsel van sociale zekerheid zijn onderworpen.
Man kann also nicht bemängeln, dass die fragliche Bestimmung eine zum damaligen Zeitpunkt nicht bekannte Hypothese in den auf die Arbeitnehmer des Privatsektors in Belgien anwendbaren Systeme geregelt habe, doch der Hof erkennt unter Berücksichtigung der Darlegungen in B.2.2 nicht die Gründe, die es rechtfertigen würden, dass diese Gleichstellung nicht ebenfalls den Arbeitnehmern des Privatsektors, die der kolonialen Regelung der sozialen Sicherheit unterliegen, gewährt würde.