- Artikel 3 van de gemeentekieswet van 4 augustus 1932 en de artikelen 18 en 142 van het Kieswetboek schenden niet de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in samenhang gelezen met artikel 191 van de Grondwet, met artikel 19 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, met de richtlijn 94/80/EG van de Raad van 19 december 1994 tot vaststelling van de wijze van
uitoefening van het actieve en passieve kiesrecht bij gemeenteraadsverkiezingen ten behoeve van de burgers van de Unie die verblijven in een Lid-Staat waarvan zij de nationaliteit niet bezitten, en met artikel 25, b, van het Int
ernationaal Verdrag ...[+++]inzake burgerrechten en politieke rechten, gesloten te New York en goedgekeurd bij de wet van 15 mei 1981, indien zij in die zin worden geïnterpreteerd dat niet-Belgische burgers van de Unie met de hoedanigheid van kiezer voor de gemeente niet zouden kunnen worden vermeld op de kiezerslijst noch deelnemen aan de stemming omdat de kiezerslijst hun naam niet zou vermelden en geen bezwaar zou zijn ingediend tot de twaalfde dag vóór die van de verkiezing.- Artikel 3 des Gemeindewahlgesetzes vom 4. August 1932 und die Artikel 18 und 142 des Wahlgesetzbuches verstossen nicht gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, in Verbindung mit Artikel 191 der Verfassung, mit Artikel 19 des Vertrags zur Gründung der Europäischen Gemeinschaft, mit der Richtlinie 94/80/EG des Rates vom 19. Dezember 1994 über die Einzelheit
en der Ausübung des aktiven und passiven Wahlrechts bei den Kommunalwahlen für Unionsbürger mit Wohnsitz in einem Mitgliedstaat, dessen Staatsangehörigkeit sie nicht besitzen, und mit Artikel 25 Buchstabe b) des Internationalen Paktes über bürgerliche und politische Rechte, der in N
...[+++]ew York abgeschlossen und durch das Gesetz vom 15. Mai 1981 genehmigt wurde, wenn sie dahingehend ausgelegt werden, dass nichtbelgische Unionsbürger mit der Eigenschaft als Wähler für die Gemeinde weder auf der Wählerliste vorkommen noch sich an den Wahlen beteiligen könnten, da ihr Name nicht auf der Wählerliste erwähnt wäre und keine Beschwerde bis zum zwölften Tag vor den Wahlen eingelegt worden wäre.