De in het geding zijnde bepaling past in het kader van het doel van de wet om de inkomensgarantie voor ouderen te individualiseren, teneinde « rekening [te] houden met de maatschappelijke realiteit en in de berekeningsregels - los van de burgerlijke staat - een gelijke behandeling [in te voeren], zonder hierbij het klassieke gezinspatroon te benadelen » (Parl. St., Kamer, 2000-2001, DOC 50-0934/001, p. 6).
Die fragliche Bestimmung ist Bestandteil der Zielsetzung des Gesetzes, die Einkommensgarantie für Betagte individuell zu gestalten, um « der gesellschaftlichen Realität Rechnung zu tragen und in den Berechnungsregeln - unabhängig vom Zivilstand - eine Gleichbehandlung einzuführen, ohne hierdurch das traditionelle Familienmuster zu benachteiligen » (Parl. Dok., Kammer, 2000-2001, DOC 50-0934/001, S. 6).