De invoer in de Gemeenschap van de soorten Pterapogon kauderni, Cedrela fissilis, Cedrela lilloi, Cedrela montana, Cedrela oaxacensis, Cedrela odorata (met uitzondering van de populaties in Colombia en Peru, die in bijlage C zijn opgenomen), Cedrela salvadorensis, Cedrela tonduzii, Dalbergia retusa, Dalbergia granadillo en Dalbergia stevensonii — die momenteel geen van alle in bijlage A, B, C of D van de bijlage bij Verordening (EG) nr. 338/97 zijn opgenomen — kent een zodanige omvang dat monitoring wenselijk is.
Die Arten Pterapogon kauderni, Cedrela fissilis, Cedrela lilloi, Cedrela montana, Cedrela oaxacensis, Cedrela odorata (mit Ausnahme der Populationen Kolumbiens und Perus, die in Anhang C enthalten sind), Cedrela salvadorensis, Cedrela tonduzii, Dalbergia retusa, Dalbergia granadillo und Dalbergia stevensonii — die alle derzeit weder in den Anhängen A, B, C noch in Anhang D des Anhangs der Verordnung (EG) Nr. 338/97 aufgeführt sind — werden in einem solchen Umfang in die Gemeinschaft eingeführt, dass eine Überwachung gerechtfertigt wäre.