2. Indien een instelling een tot een groep behorende entiteit is, dragen de Commissie, in voorkomend geval, en de afwikkelingsraad, er zorg voor afwikkelingsinstrumenten op zodanige wijze toe te passen en afwikkelingsbevoegdheden op zodanige wijze uit te oefenen dat het effect ervan op andere tot de groep behorende entiteiten en op de groep als geheel zo beperkt mogelijk blijft, en dat de nadelige gevolgen voor de financiële stabiliteit in de Unie, en met name in de lidstaten waar de groep actief is, eveneens zo beperkt mogelijk blijven.
2. Handelt es sich bei einem Institut um ein Unternehmen einer Gruppe, so wenden der Ausschuss und gegebenenfalls die Kommission die Abwicklungsinstrumente und Abwicklungsbefugnisse in einer Weise an, die die Auswirkungen auf andere Unternehmen der Gruppe und die Gruppe als Ganzes ebenso wie die negativen Auswirkungen auf die Finanzstabilität in der Union, insbesondere in Mitgliedstaaten, in denen die Gruppe tätig ist, so gering wie möglich hält.