Vertaling van "zodat europese universiteiten van wereldniveau naadloos grensoverschrijdend " (Nederlands → Duits) :

Mobiliteit voor iedereen: door voort te bouwen op de positieve ervaringen van het programma Erasmus+ en het Europees Solidariteitskorps, de deelname aan deze initiatieven te verruimen en een Europese studentenkaart te ontwikkelen om informatie over iemands academische achtergrond op een nieuwe en gebruiksvriendelijke manier op te slaan; De wederzijdse erkenning van diploma's:door een nieuw "Sorbonne-proces" op te starten dat voortbouwt op het "Bologna-proces" om het pad te effenen voor de wederzijdse erkenning van diploma's hoger onderwijs en einddiploma's; Meer samenwerking bij de ontwikkeling van leerplannen: door aanbevelingen te doen zodat het onderwijs in alle kennis, vaardigheden en competenties voorziet die essentieel zijn in de wereld van vandaag; Beter talenonderwijs: door een nieuwe benchmark vast te stellen, namelijk dat alle Europese jongeren na het hoger middelbaar onderwijs in 2025 een goede kennis moeten hebben van twee andere talen dan hun moedertaal (moedertalen); Een leven lang leren stimuleren: door naar convergentie te streven en het percentage mensen die hun leven lang leren uiterlijk 2025 tot 25 % te verhogen; De integratie van innovatie en digitalisering in het onderwijs: door innovatieve en digitale opleidingen te bevorderen en een nieuw Actieplan voor digitaal onderwijs op te stellen; Steun voor leerkrachten: door meer leerkrachten bij Erasmus+ en het eTwinning-netwerk te betrekken en beleidsadvies te verlenen over de professionele ontwikkeling van leerkrachten en schoolleiders; De creatie van een netwerk van Europese universiteiten zodat Europese universiteiten van wereldniveau naadloos grensoverschrijdend kunnen samenwerken; en steun voor de oprichting van een school voor Europese en transnationale governance; Investeringen in onderwijs: door met behulp van het Europees Semester structurele hervormingen ter verbetering van het onderwijsbeleid te ondersteunen, EU-financierings- en EU-investeringsinstrumenten ter financiering van he ...
Mobilität für alle: aufbauend auf den positiven Erfahrungen des Programms Erasmus+ und des Europäischen Solidaritätskorps Ausbau der Teilnahme an diesen Programmen sollen noch mehr Personen an diesen Programmen teilnehmen; Einführung eines neuen EU-Studienausweises als nutzerfreundliche neue Möglichkeit zur Speicherung von Informationen über akademische Leistungen; Gegenseitige Anerkennung von Hochschulabschlüssen:Einleitung eines neuen „Sorbonne-Prozesses“ auf der Grundlage des „Bologna-Prozesses“, um die gegenseitige Anerkennung von Schul- und Hochschulabschlüssen vorzubereiten; Stärkere Zusammenarbeit bei der Ausarbeitung von Lehrplänen: Ausarbeitung von Empfehlungen, um sicherzustellen, dass die Bildungssysteme alle Kenntnisse, Fertigkeiten und Kompetenzen vermitteln, die in der Welt von heute als unverzichtbar gelten; Förderung des Sprachenlernens: Festlegung einer neuen Benchmark, nach der bis 2025 alle jungen Europäerinnen und Europäer beim Abschluss der Sekundarstufe II neben ihrer bzw. ihren Muttersprache(n) über gute Kenntnisse in zwei Fremdsprachen verfügen sollten; Förderung des lebenslangen Lernens: Streben nach Konvergenz und Erhöhung des Anteils der Menschen, die lebenslang weiter lernen, auf 25 % im Jahr 2025; Mainstreaming von Innovation und digitalen Kompetenzen in der Bildung: Förderung innovativer und digitaler Lehrmethoden und Ausarbeitung eines neuen Aktionsplans für digitale Bildung; Unterstützung der Lehrkräfte: Vervielfachung der Zahl der Lehrkräfte, die am Programm Erasmus+ und am eTwinning-Netz teilnehmen, und Bereitstellung politischer Orientierungshilfen für die berufliche Entwicklung von Lehrkräften und Schulleitungen; Schaffung eines Netzes europäischer Universitäten, damit europäische Universitäten von Weltrang nahtlos über Grenzen hinweg zusammenarbeiten können, und Förderung der Einrichtung einer Fakultät für europäische und transnationale Governance; Investieren in die Bildung: Unterstützung von Strukturreformen im Rahmen ...

meer investering in OO-activiteiten teneinde munt te slaan uit de interdisciplinaire aard van nanotechnologie en de industriële toepassing van nanotechnologieën te stimuleren; het tot stand brengen van expertisecentra en infrastructuren op nanotechnologisch gebied die op wereldniveau kunnen concurreren en waarin universiteiten, onderzoeksorganisaties en de industrie worden samengebracht zodat er een juiste kritische massa ontstaat, en er een mogelijke synergie wordt ontwikkeld met andere initiatieven, in het bijzonder de Europese actie voor groei, overeenkomstig de conclusies van de Europese Raad van 12 december 2003 om de financiële basis voor nanotechnologie-onderzoek in Europa te versterken; het bevorderen van de interdisciplinaire vorming en opleiding van onderzoekspersoneel waarbij meer aandacht wordt geschonken aan ondernemingsgeest; het zorgen voor gunstige voorwaarden voor technologieoverdracht en innovatie, in het bijzonder gelet op de noden van het MKB en met aandacht voor het belang in deze context van intelletuele-eigendomsrechten; het in een vroeg stadium betrekken van maatschappelijke, milieu- en gezondheidsoverwegingen in het OO-proces en beoordeling van de potentiële risico's gedurende de levenscyclus van nanotechnologie-producten;
Steigerung der Investitionen in FuE-Tätigkeiten, um den interdisziplinären Charakter der Nanotechnologie zu nutzen und ihre industrielle Anwendung zu intensivieren; Schaffung von hochrangigen Kompetenzzentren und Infrastrukturen im Bereich der Nanotechnologie, die durch die Einbindung von Hochschulen, Forschungsorganisationen und Industriebetrieben weltweit konkurrenzfähig sind, um die erforderliche kritische Masse zu erreichen und mögliche Synergien mit anderen Initiativen zu erschließen, insbesondere mit der Europäischen Aktion für Wachstum, wie es der Europäische Rat in seinen Schlussfolgerungen vom 12. Dezember 2003 gefordert hat, damit die finanziellen Grundlagen für die Nanotechnologie- Forschung in Europa gestärkt werden; Förderung der interdisziplinären Aus- und Weiterbildung von Forschungspersonal mit verstärkter unternehmerischer Denkweise; Förderung vorteilhafter Bedingungen für Technologietransfer und Innovation unter besonderer Berücksichtigung der Bedürfnisse der KMU, wobei die Bedeutung der Rechte an geistigem Eigentum zu beachten ist; Einbeziehung gesellschafts-, umwelt- und gesundheitspolitischer Erwägungen in den FuE-Prozess und Bewertung von potenziellen Risiken während des gesamten Lebenszyklus nanotechnologischer Produkte;