Overweegt de Raad de zogenaamde antiterreurwetgeving die hij heeft vastgesteld, en in het bijzonder de onaanvaardbare "zwarte lijst" van "terreurorganisaties" die hij heeft opgesteld, met daarop de hierboven vermelde volksbevrijdingsbewegingen, in te trekken, om een eind te maken aan dit soort vervolgingen van burgers, die een grove schending vormen van de fundamentele democratische rechten, alsmede van het beginsel van solidariteit met onderdrukte volkeren?
Wird er die sogenannten Antiterrorvorschriften abschaffen, die er geschaffen hat, vor allem die inakzeptable „schwarze Liste“ von „Terrororganisationen”, auf der auch die genannten Volksbefreiungsbewegungen stehen, damit eine derartige Strafverfolgung von Bürgern ein Ende hat, die eklatant gegen elementare demokratische Rechte verstößt wie das Recht auf Solidarität mit kämpfenden Völkern?