De artikelen 24, 34, 36 en 39 van de arbeidsongevallenwet van 10 april 1971 schenden de artikelen 10 en 11 van de Grondwet niet, wanneer ze in die zin worden geïnterpreteerd dat, in het kader van de vergoeding die zij voorschrijven, de blijvende ongeschiktheid die het gevolg is van een arbeidsongeval dat een door één of meer vorige arbeidsongevallen veroorzaakt functioneel letsel verergert in haar geheel moet worden beoordeeld, zonder rekening te houden met de vooraf bestaande arbeidsongeschiktheid.
Die Artikel 24, 34, 36 und 39 des Gesetzes vom 10. April 1971 über die Arbeitsunfälle verstossen nicht gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, wenn sie dahingehend ausgelegt werden, dass im Rahmen der darin vorgesehenen Entschädigung die bleibende Arbeitsunfähigkeit infolge eines Arbeitsunfalls, durch den eine durch einen oder mehrere vorherige Arbeitsunfälle verursachte Funktionsschädigung verschlimmert wird, in ihrer Gesamtheit ohne Rücksicht auf die bisherige Arbeitsunfähigkeit zu betrachten ist.