I. overwegende dat de aanzienlijke verschillen tussen de lidstaten van de Europese Unie enerzijds en de mediterrane landen anderzijds nog blijven toenemen, en gezien de zorgwekkende structurele problemen van sociaaleconomische en institutionele aard, die om een krachtige gemeenschappelijke respons vragen in het belang van alle lidstaten van de Unie voor het Middellandse-Zeegebied, overwegende dat dit perspectief wordt aangemoedigd door het economische groeipotentieel van de mediterrane derde landen, nota nemend van de noodzaak om de zuid-zuidintegratie te verbeteren,
I. in Erwägung der erheblichen zunehmenden Ungleichheiten zwischen den Mitgliedstaaten der Europäischen Union und den Drittländern des Mittelmeerraums sowie der beunruhigenden strukturellen Schwierigkeiten sozioökonomischer und institutioneller Art, die im gemeinsamen Interesse aller Mitgliedstaaten der UfM nach entschlossenen gemeinsamen Antworten verlangen; in der Erwägung, dass das wirtschaftliche Wachstumspotenzial der Drittländer des Mittelmeerraums in dieser Hinsicht ermutigt; in Erwägung der Notwendigkeit einer besseren regionalen Süd-Süd-Integration,